Site-archief
Kringloopvers
Bas Boekelo
.
Zoals dat met bijzondere dingen gaat, zeker als ze aanslaan bij een groter publiek, komen er afgeleiden of variaties op het thema. Zo ook bij de Takhmis. Hierover schreef ik een paar dagen geleden al en op Het Vrije Vers zijn ook van deze variant al een aantal voorbeelden te vinden. Bas Boekelo verzon de variant en op voorspraak van Jaap van den Born werd de variant het Kringloopvers genoemd, wat volgens mij een heel adequate benaming is. Er zijn heel weinig regels voor deze variant maar een belangrijke is wel dat regel 1 en de laatste regel citaten zijn uit een bestaand gedicht moeten zijn.
Light verse dichter Remko Koplamp (1953) kwam met een variant, waarin uit twee heel verschillende gedichten geciteerd wordt: de eerste regel komt uit het gedicht ‘Februarizon’ van Paul Rodenko (1920 – 1976) en de laatste regel komt uit het gedicht ‘de ballade van de Katholiek’ van Anton van Duinkerken (1903 – 1968).
.
Weer gaat de wereld als een meisjeskamer open
Naar binnen toe was slechts een kwestie van techniek
Ik fluister zacht of zij haar blousje los wil knopen
Terwijl ik bezig ben mijn broek reeds af te stropen
Daarom, mijnheer, noem ik mij katholiek!
.
Kwatrijnen en Rondeel
Dubbel-gedicht
.
Ik heb besloten dat een Dubbel-gedicht ook twee gedichten kan bevatten die in vorm een overeenkomst hebben. Nu is een kwatrijn een heel andere vorm dan een rondeel, klopt, maar het zijn beide vaste versvormen. En dus is het vandaag een Dubbel-gedicht van vaste versvormen.
Het eerste gedicht is een kwatrijn, of eigenlijk zijn drie kwatrijnen. Een kwatrijn is een gedicht of een strofe van een gedicht van vier versregels en twee rijmklanken. Het woord is afgeleid van het Franse quatrain, van quatre, voor vier. Het rijmschema is meestal a-a-b-b, maar ook a-b-a-b en andere schema’s zijn mogelijk.
De ‘Drie kwatrijnen’ zijn geschreven door Hendrik Marsman (1899 – 1940) en verschenen in ‘Verzamelde gedichten’ uit 1967. De Drie kwatrijnen stammen uit de tweede periode (1929 – 1933).
Het tweede gedicht is een rondeel. Het belangrijkste kenmerk van een rondeel is de vele herhalingen: regels 1, 4 en 7 zijn hetzelfde en regels 2 en 8 zijn hetzelfde. Daarnaast kent een rondeel een vast rijmschema: a-b-a-a-a-b-a-b.
Het gedicht ‘Rondeel’ is van dichter D.A.M. Binnendijk ( 1902 – 1984). Dick Binnendijk was docent, dichter en literatuurcriticus. Het gedicht ‘Rondeel’ verscheen in Forum, een literair tijdschrift dat verscheen tussen 1932 en 1935, en later in ‘Nieuwste Dichtkunst’ De Uilenreeks No. 1 uit 1934.
.
Drie kwatrijnen
.
Zonder weerklank
.
Volk, ik ga zinken als mijn lied niet klinkt;
ik moet verdrogen als gij mij niet drinkt;
verzwelg mij, smeek ik maar zij drinken niet
wees mijn klankbodem, maar zij klinken niet.
.
Verbittering
.
De namen van wie eens mijn vrienden waren
werden tot as tussen mijn tanden en ik spuw ze uit.
eenzaam schijnt men te moeten zijn in deze dode landen;
het leven dooft in kaars na late nachtkaars uit.
.
Voor het inslapen
.
In deze kleine kamer vind ik soms nog vrede.
al wat daarbuiten ligt heeft voor mij afgedaan;
wat rest mij nog, dan ‘Krieg und Frieden’ lezend,
tot mijn verwoeste dromen in te gaan?
.
Rondeel
.
Geen vrucht, hoe glanzend aan haar tak,
Kan ‘t geeslen van de buien weren
Die in de herfst ten buit begeeren
Wat voordien aan haar greep ontbrak.
.
Geen vlaag, die in den nacht opstak,
Zal de geheime gloed bezweren
Der vruchten, glanzend aan den tak,
Die alle buien wreed bezeeren.
.
Zoo geen vermeetle hand verbrak
Des harten ongeschonden zegel,
Waarmee ‘t zich hecht aan eigen regel —
Een spaart zijn onweerstaanbre knak
Geen vrucht, hoe eenzaam aan haar tak.
.
Het grijze gevaar
Rijmen voor Sinterklaas
.
Daags voor Sinterklaas zal er nog menig ouder in de stress zitten omdat er gedichten geschreven moeten worden. En met gedichten bedoelen we dan rijmpjes, versjes. En waar de meeste ouders niet veel verder komen dan “Sint zat te denken wat hij aan deze of gene zou schenken” is er natuurlijk best iets meer te halen uit deze oude traditie.
Rijmende verzen zijn er in vele maten en soorten. Kijk maar eens onder de rubriek ‘Versvormen’ op dit blog, dan kom je er veel verschillende tegen. Waar de meeste rijmende gedichten de mist in gaan is niet eens omdat ze niet rijmen, dat lukt de meeste mensen nog wel (met of zonder rijmwoordenboek), nee het is het metrum, het ritme waar menigeen de mist mee ingaat.
En dat het heel goed kan bewijzen vele light verse dichters. Een van de bekendste light verse dichters die ook humor in zijn poëzie stopt is John O’Mill. O’Mill (1915 – 2005) was het pseudoniem van Johan van der Meulen. Hij was tot 1975 leraar Engels aan de Rijks-HBS te Breda en schreef nonsensgedichten die vaak gebaseerd waren op een letterlijke vertaling van Nederlands idioom in het Engels. Hij werd hiertoe geïnspireerd door het werk van zijn leerlingen en wat ik camping Engels zou noemen..
O’Mills eerste bundel ‘Lyrical Laria in Dutch and double Dutch‘ (1956) werd gepubliceerd in de hoge oplage van 5000 stuks, en werd daarna nog vijftien maal herdrukt tot 1983. Zijn werk kenmerkt zich niet alleen door een perfect ‘ritme’, maar tevens door een creatief gebruik van ‘Double Dutch. Johan van der Meulen werd door Hugo Brandt Corstius (auteur van onder andere ‘Opperlandse taal- & letterkunde’ ) omschreven als “Anglo-Opperlandicus”.
Van zijn hand verschenen maar liefst 18 bundeltjes. Uit de laatste (1984) ‘Beloney bellettrie’ een voorbeeld van zijn geweldige gevoel voor ritme en metrum.
.
Het grijze gevaar
.
Om hun ouders leed te besparen
(de kwalen van de oude dag),
at men ze op bij de barbaren,
wat iedereen als deugdzaam zag.
.
Vooral de moeders deed het deugd
op hun oude dag te weten
dat straks hun kroost (de lieve jeugd)
een week er goed van zouden eten,
.
terwijl de vader meer genoot
van gedachten aan de dagen
dat hij vlak na zijn vaders dood
’n hele week niet hoefde jagen.
.
Het volk, waarvan ik hier gewaag
(wilden die hun ouders aten),
vond zo het antwoord op de vraag:
‘Waar moeten we de oudjes laten?’
.
4 x 5 = 8
Christiaan Abbing
.
Als het gaat om versvormen is er een grote variëteit te vinden. Ik heb al vele malen geschreven over verschillende versvormen (te vinden onder de categorie Versvormen). Toen ik echter de versvorm 4 x 5 = 8 tegen kwam moest ik onwillekeurig denken aan Pippi Langkous. Op zichzelf had er nog best een relatie kunnen zijn tussen de twee want de versvorm 4 x 5 = 8 is laat in de 20ste eeuw ontstaan. We spreken hier eigenlijk over een vierregelig rijm, schema BBBB in pentameter. Het binnenrijm A schuift elke keer een jambe op. De oneven regels van een 4 x 5=8 beginnen met één versvoet en krijgen er telkens één bij. De even regels vullen de vijftallen aan. Regel 1 kan een trefwoord zijn, maar dit is niet verplicht.
Hier een voorbeeld van Christiaan Abbing getiteld ‘Bij de plaszak van de NS’ over de introductie van de plaszak in treinen (Sprinters) zonder WC in 2011 (die overigens in 2018 weer werd afgeschaft).
.
Bij de plaszak van de NS
.
Gemak
Is wat de Sprinter node mist:
’t Toilet ontbrak
NS verzon een list
Maar voor vertrek al sprak
De machinist:
‘Zeg op, wie heeft hier naast de zak
Gepist?’
.
Alle letters tellen
Beginletter Pangramkwintijn
.
Elke keer verbaas ik me weer over de hoeveelheid versvormen die er zijn en over de vindingrijkheid van mensen die nieuwe versvormen bedenken. Een van die mensen is Frits Criens. In 2016 bedacht hij de ‘Beginletter Pangramkwintrijn’ en publiceerde deze op http://www.hetvrijevers.nl/, de website voor light verse, vaste vormen, nonsenspoëzie, humorpoëzie en plezierdichten met nieuws en teksten van en voor professionals en liefhebbers.
Een pangram (Grieks: pan gramma, “alle letters”) of holo-alfabetische zin is een zin waarin alle letters van het alfabet voorkomen. De bekendste is misschien wel: The quick brown fox jumps over the lazy dog. Volgens Wikipedia bevat een volmaakt pangram elke letter (uit het alfabet) slechts eenmaal. De uitdaging is om een zo kort mogelijke zin te maken die aan deze voorwaarde voldoet. Frits Criens voegt hier aan toe, dat voor deze vorm sprake dient te zijn van een perfect beginletter-pangram waarbij de beginletters in alfabetische volgorde staan. Aan deze eis zijn de de elementen metrum en rijm toegevoegd.
Een Beginletter pangramkwintijn bestaat uit: 5 regels, rijmschema abaab en heeft als metrum 6 jamben maar een ander metrum is ook mogelijk afhankelijk van de woorden die bedacht worden (wat op zichzelf al best moeilijk is).
Onzijn / Elftal
Versvorm
.
Drs. P. ( 1919 – 2015) was in zijn eentje goed voor heel veel verschillende versvormen die hij in zijn lange leven heeft geïntroduceerd in het Nederlandse literaire landschap. In 1983 kwam hij met de versvorm Onzijn of Elftal. Deze versvorm bestaat uit 3 maal 3 plus 2 regels, het rijmschema is abc bcd cda ee en het metrum is een pentameter (een versregel die bestaat uit vijf versvoeten) maar zoals je in het gedicht hieronder leest is dit een uitgangspunt waaraan ook Drs. P. zich niet altijd even streng hield. De titel van deze versvorm verwijst naar de inhoud en het aantal regels.
.
“Let op, ik zend een bode voor je uit.
Hij zal een weg door de woestijn je banen.
‘Maak nu de paden voor de Heer gereed’”.
.
Jesaia schreef dit om het volk te manen.
Johannes was er klaar voor, slechts gekleed
In camelhaar. Hij at woestijnsprinkhanen
.
En zei: “Wie na mij komt, die staat gereed
Voor negers, blanken en ook indianen.
Hij is de bruidegom. God is de bruid!”
.
Ik doop u vast met water, onbevreesd,
Maar hij doopt u temet met Heil’ge Geest!”
.
Wakker vallen
Recensie
.
Els de Groen ken ik van een optreden bij Ongehoord! in december 2016. Dat Els de Groen nogal wat in haar mars heeft blijkt uit de uitgebreide biografie op haar website http://www.elsdegroen.nl/ . De vele boeken die Els de Groen schreef (voor volwassenen en kinderen) zijn tot nu toe 27 maal vertaald, in 13 talen, en er zijn wereldwijd 1.750.000 exemplaren van verkocht. Centrale thema’s in haar werk zijn onze omgang met macht, vrijheid en verantwoordelijkheid. In de vrijheid van onze keuzes ligt ook de beperking van onze vrijheid besloten.
Nu is haar nieuwe dichtbundel ‘ Wakker vallen’ gepubliceerd bij uitgeverij In de Knipscheer. Ook in deze bundel komen de centrale thema’s uit haar eerdere werk terug maar daarover straks meer. De bundel is mooi uitgegeven, in vele kleuren met illustraties (op 1 na) van Els zelf. Het lettertype van de titels daar ben ik persoonlijk niet zo enthousiast over, die doet wat gedateerd aan. Maar dat er verder veel aandacht aan het uiterlijk van de bundel is geschonken is bewonderendswaardig. Mooie kwaliteit papier, goed formaat, met extra voor en achterflap met informatie. Op de extra flap aan de voorpagina schrijft Els een verklaring van de titel:
Britten en Fransen vallen verliefd, fall in love, tombent amoureux, Nederlanders vallen in slaap. Wakker vallen doet niemand. Waarom eigenlijk niet? Waarom sluiten we vriendschap als we openen bedoelen? Waarom is vogelvrij allerminst vogelveilig? Taal is boeiende materie. Wie woorden kantelt, verandert het perspectief en daarmee zijn kijk op de wereld. Wakker vallen is meer dan een spel met de taal. De vorm tornt aan de inhoud en wakkert je verbeelding aan. Dat is een heilzaam proces.
De inhoud van dit stuk tekst kan ik zeer waarderen maar maakt de bundel deze woorden waar? Dat Els in ‘ Wakker vallen’ met taal speelt is duidelijk maar het blijft wat betreft die ‘kanteling’ toch vooral bij de voorbeelden zoals ze hierboven noemt. Niet dat dat erg is, haar poëzie is helder, goed leesbaar en beschrijvend zoals in het hoofdstuk ‘ Mensen’ in het gedicht ‘ Deskundige’:
Hij krijgt een glaasje water en
dezelfde stoel als gewone gasten
maar wanneer hij plaatsneemt is het op een troon en
houdt hij een rede in
zijn dasspeldmicrofoon.
Els achtergrond als Europarlementariër en schrijver en de thema’s waarmee ze zich al jaren bezighoudt komen vooral naar voren in het hoofdstuk ‘ Macht en Onmacht’. Hierin komen het rechtvaardigheidsgevoel en de democratische waarden van Els de Groen duidelijk naar voren in gedichten over recht, politici, solidariteit en staatshoofden. Daarnaast put ze uit eigen ervaring vanuit de reizen die ze maakte in de gedichten over Aleppo, Gaza, Sarajevo en Kaapstad. Maar ook haar woonplaats Nijmegen wordt niet over geslagen.
De gedichten in deze bundel zijn geen doorwrochte gedachten-experimenten, ze zijn niet doorspekt van symboliek en er staan geen vaste of ingewikkelde versvormen in. Ze maakt zo nu en dan gebruik van rijm (eindrijm, binnenrijm) en alliteraties en afbrekingen worden slechts sporadisch gebruikt. Hier is een dichter aan het woord die wat te vertellen heeft, die een boodschap aan de wereld wil sturen en vooral de inhoud laat prevaleren in haar poëzie.
Deze bundel bevat vele kleine schilderijtjes in woorden in gewone taal met hier en daar een twist. Els haar belezenheid en haar woordenrijkdom maken haar poëzie interessant en genietbaar.
Uit deze bundel het gedicht ‘Trump’ dat eerder ook in het literair tijdschrift Extaze verscheen.
.
Trump
.
Ook orkanen krullen hun lippen
als ze vanbinnen koken
en in vuilbekkerij toch hun
mond weer voorbijpraten.
.
Ook orkanen hebben hun ogen
diep in windstille zakken
en zijn blind voor de schade
die hun armen aanrichten.
.
Ook zeeën schikken hun kapsels
op de kop van de wereld
broeierig van gedachten aan geld
als water – smeltwater wordend.
.