Site-archief
Tweede prijs Ongehoord! Gedichtenwedstrijd 2020
Marie-Anne Hermans
.
De tweede prijs van de Ongehoord! Gedichtenwedstrijd 2020 is gewonnen door Marie-Anne Hermans met haar gedicht ‘100%’. De jury schrijft over dit gedicht in haar juryrapport:
.
De schoonheid van een gedicht zit vaak erin dat de tekst deels begrijpelijk en deels onbegrijpelijk is. Dat het daarmee aanzet tot denken. De lezer vraagt je af: wat is hier aan de hand? In het gedicht dat wij de tweede prijs geven is naast deze begrijpelijkheid/onbegrijpelijkheid de sfeer heel belangrijk. Met relatief eenvoudige, korte zinnen wordt deze sfeer meteen gezet.
Een citaat:
Achter mij ligt het matras
en ik denk aan gister, aan de dag
dat ik nog 18 was.
Het gaat om het gedicht 100%, de eerste zin luidt “Uw pauzegedrag is 100%”. Zo meteen zal de dichter zijn of haar gedicht voordragen.
Maar we willen nog wijzen op een aantal vondsten in het gedicht: “dreunende aanwezigheid”, “puberaal gezwijg” en de op een na laatste zin: “Ik offer aan de wrede godjes”. We merkten hiervoor op dat bij veel inzendingen er naast voortreffelijke zinnen en passages vaak ook mindere stukken zitten. Maar het gedicht 100% is in zijn geheel sterk. Het speelt in tijden van Corona, het thema is misschien isolatie, afgrenzing. Maar je kunt er ook veel andere dingen in lezen.
De zin “Boven hangt het puberaal gezwijg” verwijst naar een ander, maar het contact met hem of haar ontbreekt of is mislukt. De medemens is onbereikbaar geworden; zowel buitenshuis als bij de puber in huis. Herkenbaar voor wie in deze tijd vanwege Corona veel thuis heeft moeten zitten? Daarmee is het enerzijds een eigentijds gedicht, anderzijds ontbreken de klassieke thema’s niet. Een tweede plek waardig in deze wedstrijd.
.
100%
.
Uw pauzegedrag is 100%
zegt de computer.
Het beeld schermt mijn hoofd af
van creatieve gedachten.
.
Achter mij ligt het matras
en ik denk aan gister, aan de dag
dat ik nog 18 was.
.
In huis loopt het maar heen en weer:
de rusteloosheid van de dagen,
de dreunende aanwezigheid
van altijd meer.
,
Boven hangt het puberaal gezwijg
en ik blijf verzoening zoeken
met onderbrekingen van tijd
die niet de mijne is.
.
Ik offer aan de wrede godjes
van de alomtegenwoordigheid.
Sabine Kars
Hoofdkwartier
.
Ik ken dichter Sabine Kars als zo’n 10 jaar en al sinds ik haar voor het eerst hoorde voordragen was ik verrast en meteen fan van haar poëzie. In 2012 was ze tweede prijswinnaar van de Ongehoord! Gedichtenwedstrijd, ik nodigde haar uit op podia in Maassluis en Rotterdam en in 2017 was ik de eerste gast in het radioprogramma van Sabine en haar partner Mas Papo ‘Over Poëzie en Muziek’. In april 2018 was ze Dichter van de maand op deze website en nu is er eindelijk de dichtbundel waar we al zo lang op wachten ‘Hoofdkwartier’.
Op zondag 22 december aanstaande tussen 15.00 en 16.30 (inloop vanaf 14.30 uur) presenteert Sabine in de Gewelvenkelder van Uffie’s aan de Houtmarkt 71 in Zutphen, haar debuutbundel ‘Hoofdkwartier’. De entree is gratis en zij zal worden bevraagd door Sander Grootendorst. Ik zal daar aanwezig zijn en ik kan deze bundel nu al. ongezien, aanraden.
Om een idee te krijgen van de creatieve dichtersgeest van Sabine een gedicht van haar hand uit 2015.
.
je hart weerklinkt in winkelstraten
ik word getroffen door zijn slagen
ze dragen me mee
voeren me naar de oude wachter
voorheen gewond
geveld nu weer hersteld en fier rechtop
schouders naar achter laat hij me binnen
een plaats voor vragen
en overal verhalen
voor het rapen
het maakt niet uit waar te beginnen
in het gewelf
liggen vergrijpen geketend
vlak bij de vrijheid te slapen
zij waakt – haar stem is overal te horen
en vrij is hoe ik ga
op de plek van recht en raad
door een ontzagwekkend hek
langs bliksem
en gekruiste zwaarden
over snippers van vers gevierde liefde
dan glijd ik door de tijd ik raak historie aan
iemand leent een stem en laat
getuigen spreken
Jantje biecht
de Heer was held
terwijl ik sliep
ik heb slechts
allemachtig diep
in het kermisglas gekeken
de wachter stelt
onder mijn toren
gaan woorden van betekenis schuil
en aan meesters hand
zit ik op de bank en proef
een keur aan klanken
ik wentel mij
een weg omhoog
negentig smalle treden
onder wijzers kijk ik naar beneden
waar borden en glazen gul gevuld
en milde talen klinken
nu wordt de zon zacht opgeborgen
zie hoe de jonge avond vloeit
ik wil zijn kleuren drinken
het lekkend licht op je gezicht
jouw dorpen dijken velden
de populieren in ‘t gelid
leunen lenig in de richting van de morgen
ik zal je weer ontmoeten
markant
bedaard wildwaterland
klaar voor nieuwe dagen
om me heen strek jij je uit
stilt de grond
onder mijn vilten voeten
.
In alles
Mandy Eggerding
.
Winnaar van de eerste Rob de Vos-prijs (opvolger van de Meander poëzieprijs en vernoemd naar de oprichter van Meander literatuur website) is Mandy Eggerding met haar gedicht ‘In alles’. Het afgelopen jaar hebben 7 juryleden, waaronder ikzelf, vele gedichten beoordeeld (231 inzendingen) en wij hebben als jury unaniem het gedicht van Mandy gekozen als beste gedicht.
Zij wint hiermee de Rob de Vos-prijs trofee en een bedrag van 100 euro (en natuurlijk eeuwige roem). De gedichten moesten geïnspireerd zijn op een thema dat uit het gedicht ‘Aarde, wees niet streng’ van Menno Wigman kwam: ‘’Achter de ogen scheen een zomermaand
het middenrif liep vol zacht avondlicht’’. Dat er vele interpretaties waren op dit thema hebben wij als jury ondervonden. Van zomerse avonden tot verre oorden, herinneringen en beschrijvingen.
Mandy Mariska Eggerding (1968) uit Amsterdam is een veelzijdig theatermaker die eigenlijk liever schrijft. Zij studeert al een aantal jaren poëzie aan de Schrijversvakschool in Amsterdam. Dit jaar won zij de tweede prijs van de Schrijverspodiumwedstrijd en publiceerde zij in Literair Tijdschrift Poesia. Momenteel schrijft Mandy aan haar eindwerk voor de Schrijversvakschool en dat zijn een veertigtal gedichten.
Wil je meer lezen over de winnende gedichten en de Rob de Vos-prijs ga dan naar de website van Meander https://meandermagazine.nl/2019/11/rob-de-vos-prijs-2019-2
.
In alles
–
Op deze ochtend vol van licht kwam ik je weer tegen.
Je was niet opgestaan, lag onveranderd op je zij –
een vogel tegen het glas –
stil – maar je lachte je schuine lach
. heel even
door de verstilling heen, een lente op je lippen.
–
–
Buiten brak het licht op de kozijnen
. trillend.
–
Ik opende het raam,
. hoeveel lichter de lucht
. een zacht aaien dat naar binnen draait
–
. zo licht als ik daar dan sta
. zo licht als jij me raakt
–
zo openzwaaiend mis ik jou
–
in alles.
.
De stijgbeugel
Poëziewedstrijd
.
Pas geleden kocht ik in een kringloopwinkel een bundeltje gedichten met de titel ‘De stijgbeugel’ veertig verzen van nieuwe dichters. Het bundeltje is uit 1953 en uitgegeven door N.V. De Arbeiderspers in de serie De Boekvink, litteratuur in miniatuur (dit is geen typefout, het staat er echt litteratuur). Ik was in de veronderstelling dat het hier een verzamelbundeltje betrof maar dat ligt toch iets anders. Wat blijkt? Het betreft hier een bundel met winnaars van een door de VARA-rubriek ‘Met en zonder omslag’ uitgeschreven prijsvraag voor nog onbekende ‘naam’-loze dichters in Nederland.
De organisatoren hadden zich verkeken op het grote aantal gedichten dat er werd ingezonden (maar liefst 3000) en deze moesten door een driekoppige jury (Max Dendermonde, Reinold Kuipers en Garmt Stuiveling) worden gelezen en beoordeeld. De winnaar van deze wedstrijd werd Christine Meyling (1925 – 1983), een naam is die ik nog nooit ergens ben tegengekomen. Het lijkt erop dat Meyling haar dichtersloopbaan niet heeft voortgezet ( ik heb het uiteraard even uitgezocht, van haar hand verschenen in 1954 – 1956 een aantal gedichten in Maatstaf en De Nieuwe Stem, daarna werd het stil).
Wat opmerkelijk is is dat de tweede prijs werd gewonnen door Ellen Warmond (1930 – 2011), een dichter die later heel bekend is geworden. Haar naam is de enige tussen vele onbekende namen die bij mij een belletje lieten rinkelen. En ondanks dit feit is deze bundel een heel fijn boekje om te lezen. het geeft heel mooi weer hoe er aan het begin van de jaren vijftig in Nederland werd gedicht. Een mengeling van poëzie van na de oorlog (waar de oorlog nog in na klinkt), vaste versvormen, romantische poëzie en poëzie die al naar de vernieuwingsdrang van de vijftigers neigt.
Ik heb besloten een van de twee eerste prijswinnende gedichten hier te plaatsen van Meyling ( Claire) en een van de tweede prijs van Warmond (***) om het verschil in stijl te laten zien.
.
Claire
.
Jouw kind is aarzelend geboren.
Het toefde op de drempel van verdriet,
Begroef de droom die het voorgoed verliet
en zou de wereld droef en blij behoren.
.
Het was een meisje, weer, en vaag geschonden
(twee rose wonden, maar die gaan voorbij).
Je hebt haar – moeilijk – toch maar lief gevonden,
zij paste logisch in de onvoltooide rij
.
van de verbloemde, heimelijke zonden.
Nog even bracht een klein en zoet gemis,
toen er veel mensen in je kamer stonden,
je tot de grens van een bekentenis.
Maar omdat zij het ook niet helpen konden,
bleef alles als het was en steeds gebleven is.
.
Voor Wim
.
***
.
Ik steek je onbekommerd
overmoedig dwars door de aarzeling
die kamers vierendeelt en ons
afzijdig houdt mijn hand
toe met de woorden zie
dit heb ik voor je meegebracht
een landkaart zonder wegen
een nooit meer in roulering komend
geldstuk een sublieme
seconde van volkomen
van onbeheerst en mateloos
van bandeloos en onbelemmerd
blind-zijn.
.
Tweede prijs Ongehoord! Gedichtenwedstrijd 2017
Marjolein Roozen
.
De tweede prijs van de Ongehoord! Gedichtenwedstrijd 2017 ging afgelopen zondag naar Marjolein Roozen en haar gedicht ‘3025 AA tot 3026 AN’. De jury schreef over dit gedicht en uitgesproken door Mark Boninsegna:
.
Juryrapport 2 – 3025 AA tot 3026 AN
Dit gedicht heeft de jury heel erg blij gemaakt. Als je van inhoud van postcodegebieden zoiets moois, simpels kan maken. De postcodes in dit gedicht zijn niet alleen Rotterdams, het gedicht is Rotterdams!
De overige juryleden waren zelfs even bang of ík het gedicht niet geschreven had. Het zou een mooie Bokito uit de mouw geweest zijn.
Maar zoals Jaap Montagne zei: Het telefoonboek oplezen is geen poëzie. Maar wat er in een postcode gebied allemaal te doen is en hoeveel verscheidenheid aan mensen en bedrijven, ik zou zeggen: “Lebara, Lebara”.
Of hoe Alexander Franken het zei: Een allegorie waar veel uit te halen valt. Er is niet enkel een opsomming gemaakt, er is mee gespeeld. Op een manier dat het klopt en lekker loopt.
“Lebara,Lebara,Lebara,
Lebara,Lebara,Lebara,Lebara”
Of zoals ik het zeg: No nonsens in al zijn glorie.
.
3025 AA tot 3026 AN
Tandir, Dubai, Diam,
Torino, Tai Wah,
Ri Htim, Kousar, Kasabi,
Warung Rilah, El Aviva,
Het Pijpenhuis, Shaami Huis, Eethuis Marrakech,
Huisarts Stam & Stronkhorst,
Lebara,Lebara,Lebara,
Lebara,Lebara,Lebara,Lebara
Polski, Portuguesa,
HAS, Salan, Driouch,
Marokko, Delfshaven,
Andalus,
Vinodol, Wibra, Wokki,
Lebriz, Etos, Caftar,
De grootste slok,
Zeezicht,
Sidonia, Aan Zet.
.
Umbrisch getijdenboek
Hans Franse
.
Bij de Ongehoord! Gedichtenwedstrijd 2016 werd Scheveninger Hans Franse tweede. Als prijs mogen de winnaars optreden op het Ongehoord! podium in Rotterdam en afgelopen 12 februari was het zover. Hein van der Schoot, Wouter Veldboer en Hans Franse traden op en wisten het publiek te boeien. Vooral bij Hans Franse (1940) was duidelijk dat hij tijdens zijn leven ervaring had opgedaan met spreken en voordragen voor groepen (politicus, theaterdirecteur, leraar). Tegenwoordig brengt Hans de lente en de zomer door in zijn huis op een berg in Umbrië. Dat was ook de reden dat hij niet aanwezig kon zijn bij de feestelijke prijsuitreiking afgelopen jaar.
Franse schreef twee boeken over Umbrië en in 2015 verscheen bij Edizioni Era Nuova srl. in Italië de tweetalige bundel uit getiteld ‘Umbrisch getijdenboek’ of ‘Le ore canoniche umbre’ poesie in Nederlandese e italiano.
De gedichten in deze bundel zijn gebeden, zo lees ik op de achterflap. Zijn gebedenboek begint met de muzikale stilte van de luisteraar in de hemelse natuur van Umbria en eindigt met het beschouwen van de luidruchtige stilte van voorbijgangers in het wereldse Perugia. Ook al stelt de dichter zich als heiden op, toch zijn de woorden vervuld van mystieke verlangen. Niet alle meditaties zijn zwaar en verheven, er zijn ook luchtige intermezzo’s zoals een vermakelijke schets van een processie en een lofzang op de Sangiovese wijndruif.
Ik heb gekozen, voor ik de achterflap ;las overigens, voor het gedicht ‘Processie’ juist om de combinatie van het verhevene en de vette knipoog aan het einde van het gedicht.
.
Processie
.
De cirkel van gesloten muren
weerstond de tand des tijds,
maar het gebit van de huizenrij
vertoond verval en gaten,
hier en daar opgevuld
met amalgaam van andere tijden.
Er waren toen nog heilige heiligen
die zegenend relikwieën
onder andere tegen kiespijn aandroegen
om het eindeloze verval te weerstaan.
Eenmaal per jaar worden
de heiligen gevierd
en loopt de bevolking
gezellig keuvelend en biddend
achter de muziek aan
voor de grote feestelijke middagmaaltijd
terwijl de oude pastoor met veel moeite
het Allerheiligste vasthoudt
en net doet alsof hij het
echt belangrijk vindt.
.
Tweede prijs Ongehoord! Gedichtenwedstrijd 2016
Hans Franse
.
De tweede plaats van de Ongehoord! Gedichtenwedstrijd 2016 was voor Hans Franse. Hans was niet aanwezig want in Italië op een berg maar juryvoorzitter Peter Swanborn las het gedicht van Hans voor tijdens de uitreiking. De jury schreef in haar rapport over het gedicht van Hans:
Het gedicht is een geestige schildering van een klein Italiaanse restaurant waar grootmoe achter de pannen staat en kleinzoon de borden rondbrengt ‘met een vinger in het vlees’. Zo’n goed getroffen detail , maakt als het ware, dat je jezelf meent er te zitten ‘achter de bistecca’. Het gedicht is genoeglijk van sfeer, maar weet de oubolligheid te vermijden die bij dit soort onderwerpen altijd op de loer ligt.
.
Italiaans restaurant in de buurt van Napels
De keuken van oma,
bejaarde hogepriesteres in een bloemetjesschort,
ligt in het centrum van het oneindig heelal .
Uit de kathedraal met gebrandschilderde pannen
stijgen magische geuren tot over de Melkweg:
knoflook overweldigt van pool naar pool
Terwijl ik de wijn langs mijn hemels palatum
laat tasten, en engelen voel langs de tongpapillen
draagt Kleinzoon klunzig en stuntelig borden rond,
zijn duimafdruk leesbaar in het vlees
van het beste varken uit de hele buurt:
oma keurde het zelf, stond, oog in oog met wat
later een bisteccha zou zijn.
De koffie-van het huis- verplaatst mij naar de hemel,
terwijl buiten een dieselbus, hoestend, puffend,
knarsend , piepend en stinkend optrekt .
denk ik dat deze mij toch naar het paradijs begeleidt.
.
Tweede prijs Ongehoord! Gedichtenwedstrijd 2015
Marco van der Bij
.
De tweede plaats in de Ongehoord! Gedichtenwedstrijd is gewonnen door Marco van der Bij, stadsdichter van Woerden met het gedicht ‘Friesland’. Uit het juryrapport:
In het gedicht Friesland worden grote emoties zichtbaar gemaakt in simpele woorden. In beeldende taal werkt de dichter toe naar een prachtige laatste regel.
.
Friesland
In absolute windstilte kwamen we aan
het dunne haar boven de grote oren
en woest witte bakkebaarden
stond alle kanten op
met grote kolenschoppen
duwde hij zichzelf van de bedrand
strompelde naar de wankelstoel
stommelde wat over kaas keren
en de dakpannenfabriek
onderweg rustten de vergeelde vingers
kort op mijn schouders
schuurde de stoppelbaard vluchtig
over mijn kruin
hij keek, knikte
slurpte wat lauwe koffie
het meeste vanaf een schoteltje
de raspende tabakstem
maakte flauwe grapjes
mijn broers lachten hees
ik besloot om als oudste niet te huilen
vlak voor de storm vertrokken we
huiswaarts
en konden nooit meer terug
,
Nog 1 week!
Ongehoord! Poëziewedstrijd 2015
.
Hoewel de inzendingen dagelijks binnen komen, nog even een reminder dat de inzendtermijn voor de Ongehoord! Poëziewedstrijd nog precies 1 week duurt. Tot en met zondag 31 mei is het mogelijk je inzending te sturen aan ongehoordgedichtenwedstrijd@gmail.com .
Het thema is ‘Daarheen gaan’ en voor de verdere voorwaarden verwijs ik je graag naar http://stichtingongehoord.com/2015/03/19/ongehoord-poeziewedstrijd-2015/
Behalve een mooie uitdaging om de dichter in jezelf te ontdekken of verder vorm te geven zijn er mooie prijzen te winnen. De eerste prijs is een prachtig beeldje van kunstenares Lillian Mensing in de vorm van een boek met een oor met uitroepteken, de publicatie van je gedicht op de website van Ongehoord! en dit blog en een voordracht op één van de poëziepodia van Ongehoord!.
De tweede en derde prijswinnaar krijgen ook de publicatie van hun gedicht en een voordracht op een Ongehoord! podium.
De prijsuitreiking zal plaats vinden op zondag 22 november 2015 in het Bibliotheektheater in Rotterdam. De toegang is gratis en iedereen is van harte welkom dus zet de datum alvast in je agenda, aanvang 14.00 uur.
Vorige winnaars van de Ongehoord! Poëziewedstrijd zijn Hervé Deleu (2012), Anneke Wasscher (2013) en Gerard Scharn (2014).
.
Eerste prijs: Beeldje van Lillian Mensing
Prijsuitreiking 2013
Aankondiging wedstrijd 2012
Nummer 2 en 3 van de Ongehoord! gedichtenwedstrijd
Paul Marius Borggreve en Liselotte Moyson
.
Na het juryrapport, het winnende gedicht en een verslag van de wedstrijd vandaag dan de gedichten die op de tweede en derde plaats zijn geëindigd: ‘De wind’ van Paul Marius Borggreve en ‘Ballade van de Wind, het Kind en de Dood’ van Liselotte Moyson.
Tevens de juryrapporten van de drie winnende gedichten.
.
De wind (Paul Marius Borggreve 2e plaats)
.
De fiets liet zich moeilijk vooruit bewegen,
de trappers kraakten, er kabbelde zweet,
de weg was lang en de wind was tegen,
een eenzaam mens die met de wereld streed.
.
Van de andere kant klonk toen half toegenegen:
‘Gaat het wel?’ in een glimlach breed,
‘We hebben toch hetzelfde lot gekregen:
een fiets, de weg, de wind, een eender leed,
.
maar volgens mij doe jij nu iets niet goed,
want terwijl onze wielen naarstig draaien,
schiet ik op en draal jij wat in schoor en voet.’
.
De woorden gaan zoals de winden waaien
en wie wind mee heeft weet wel hoe het moet:
voor storm hoef je slechts een zuchtje te zaaien.
.
Ballade van de Wind, het Kind en de Dood (Liselotte Moyson 3e plaats)
.
Op die herfstige lentedag
in mei
-de bussen staakten,
we moesten te voet naar huis-:
Kilometers
liepen wij,
mijn dochtertje en ik.
Het ziekenhuis lag
achter ons
en om mij heen
waaide de dood.
Ik liep achter mijn kind
en dacht:
Wat wordt ze groot!
Maar nooit zal ik haar
zien opgroeien…
.
Het was koud.
De wind bleef loeien.
Mijn oren werden rood.
Mijn hart scheurde
open en bloedde
bloot.
.
Voor mij liep
heel dapper mijn kind
en om mijn oren
gierde de wind.
.
Juryrapporten van de winnende gedichten:
Op nummer 3 is een gedicht geëindigd waarbij de grote woorden niet worden geschuwd, maar die gek genoeg wel weten aan te komen. De directheid van dit gedicht wist ons te charmeren en de ambiguïteit wist ons te over de streep te trekken.
Op nummer 3 staat het gedicht Ballade van de Wind, het Kind en de Dood van Liselotte Moyson.
Op nummer 2 is een gedicht gekomen van een dichter die duidelijk zijn metier beheerst en daar zichtbaar plezier in heeft. Wij hebben de gedichten anoniem moeten beoordelen, maar de grap is toen ik de naam zag van de dichter was ik blij met mijn eigen keuze, want het getuigde van mijn eigen goede smaak, daar ik de dichter al jaren stiekem volg omdat ik zo van zijn werk geniet.
Op nummer 2 is het gedicht De wind van Paul M. Borggreve geëindigd.
En de nummer 1 van vandaag is het gedicht dat het meest beeldend is, het meest feestelijk is, hoewel er toch een droeve ondertoon in te bespeuren valt, desalniettemin strooit de dichter zelf al in het gedicht confetti in haar schoot. Het winnende gedicht is geworden Jouw spel van Anneke Wasscher.
.
Paul Marius Borggreve
Liselotte Moyson