Site-archief
Oervader van de Slampoëzie
Bertsolari
.
Van Paul Van Cappellen kreeg ik een tip over Fernando Aire Etxart of Xalbador (1920 – 1976). Deze Xalbador is één van de beroemdste Bertsolari van Baskenland. Een Bertsolari is vernoemd naar de Bertso.
De bertso of bertsu is een geïmproviseerd lied of rijmend vers dat wordt gezongen of gedeclameerd door de zogenaamde bertsolari. Deze kunst dateert uit de 18e eeuw. Hoewel ook aanwezig en in andere regio’s, wordt deze vorm van poëzie vooral in het Baskenland beoefend.
De bertsolari vormt zijn prestatie (individueel of in een duo) als een soort collectief proces samen met het publiek. Deze vorm van improvisatie is een behendigheidsspel waarin herinneringen worden gecombineerd met de reacties van het publiek. Een soort verbaal steekspel. In die zin zou je het als een voorloper kunnen zien van de poetry slam
Xalbador was , zoals gezegd een van de beste en beroemdste. In de jaren 60 stond hij 3 keer in de top 3 van het kampioenschap van Donostia (San Sebastian) en in de jaren 70 won hij verschillende prijzen zoals de Prijs Xempelar (4 keer) en Prijs Txirristaka (3 keer). Naar aanleiding van zijn dood schreef De auteur en songwriter Xabier Lete in 1978 het gedicht/lied ‘Xalbadorren heriotzean’ (Na de dood van Xalbador), een van de bekendste gedichten/liederen van Baskenland.
.
Na de dood van Xalbador
Er was een diepe en gevoelige vriend
veranderd door de vleugels van de poëzie
door de wormen voortgekomen uit een diep gevoel van binnen.
Een zanger die plaatsen bereisde, rillend van eenzaamheid
die geleerd had op een harde manier, woorden bescheiden te weven,
uit de onvergankelijke waarheid van zijn innerlijk.
(Refrein)
Waar ben je, waar zijn je weilanden
herder van Urepel ?
jullie die zijn gevlucht
naar de zijkanten van de berg,
en in herinnering in het geheugen blijven. (Herhaling)
U schreef het lied van het afbreken van barrières
ernstig op zoek
naar vrijheid, voorbij de banden en de beperkingen van het lichaam.
het transformeren van je laatste adem in de diepere,
hevige kreet van ondoorgrondelijke waarheden
die nooit kan worden uitgedrukt.
Waar ben je …
.
(zeer vrije vertaling van mijzelf)
.
Xalbadorren heriotzean
Adiskide slaat bazen Orotan Bihotz bera,
Poesiaren hegoek
Sentimentuzko bertsoek antzaldatzen zutena.
Plazetako Kantari bakardadez Josia,
Hitzen lihoa iruten
Bere barnean irauten oiñazez IKASIA, IKASIA.
(Errepika)
Nun Hago, zer larretan
Urepeleko artzaina,
Mendi hegaletan gora
Oroitzapen den gerora
Ihesetan joan hintzana. (Bis)
Hesia urraturik libratu huen kanta
Lotura guztietatik
Gorputzaren mugetatik aske senditu nahirik.
Azken hatsa huela bertsorik sakonena.
Iñoiz esan ezin Diren
Estalitako egien oihurik bortitzena, bortitzena.
Nun Hago …
.
Foto: Juan San Martin
Terugblik op 2016
De blije blogger
.
Zo nu en dan geef ik mijn lezers een klein inzicht in het reilen en zeilen van mijn blog in de vorm van statistiekjes. Op deze laatste dag van het jaar wil ik terugkijken naar wat 2016 bracht en, uiteraard, eindigen met een gedicht.
Als eerste mijn trouwe lezers en bezoekers van deze blog. Had ik in 2015 nog iets minder dan 80.000 bezoeken aan mijn blog, in 2016 is dit vrij explosief gestegen naar meer dan 110.000 bezoeken. 305 mensen zijn vaste volger van dit blog en daarvan zijn er ruim 72.000 uit Nederland, meer dan 25.000 uit België en verder uit nog eens 127 landen wereldwijd.
Het best bekeken bericht was ‘De mooiste van Yeats’ met meer dan 900 bezoeken.
Dit jaar gaf ik 1 poëziebundel uit (XX-XY met liefdesgedichten) die gratis als E-book is te downloaden vanaf deze site (en vanaf de site van MUG books) en 1 papieren bundel ‘Poeziebus 2016’.
Na een paar jaar niet te hebben meegedaan met poëziewedstrijden dit jaar toch maar weer eens een keer ingezonden voor de Poëziewedstrijd Leo Vercruyssen (met het gedicht ‘Ontsomberen’) en daar een eervolle vermelding gekregen. Drie gedichten van mijn hand verschenen in verzamelbundels en mijn kerstgedicht verscheen als ansichtkaart. Op 5 podia in den lande was ik dit jaar te zien en horen. Ik mocht in een paar jury’s plaatsnemen (o.a. van stadsdichters) en ik heb eenmaal een lezing over poëzie gegeven.
Ik heb niet stil gezeten. Maar wat voor mij misschien nog wel het belangrijkste en leukste was waren de vele leuke reacties die ik op mijn blog mocht ontvangen van mijn lezers. Soms met complimenten maar ook met persoonlijke ervaringen en herinneringen en ook met correcties (waarvoor mijn dank) op fouten en foutjes in mijn berichten.
Ik wil iedereen heel hartelijk bedanken voor de interesse, de bevlogenheid, de trouw (een aantal van jullie bezoeken mijn blog dagelijks en dat vind ik heel bijzonder) en de liefde voor poëzie. Want dat is mijn motivatie om dit te doen en hopelijk jullie motivatie om hier te komen en mijn berichten te lezen.
Ik wens iedereen een heel mooi, vreedzaam en poëtisch jaar toe. Ik blijf mijn best doen om jullie te verrassen met mooie, ontroerende en bijzondere poëzie en berichten over alles wat met poëzie te maken heeft.
Wouter
Oud en nieuw
Op de grens van 2015 en 2016
.
Op deze laatste dag van 2015 wil ik graag iedereen bedanken voor het lezen van mijn blog, de vele leuke en interessante reacties die ik telkens weer ontvang en voor de vele likes op mijn berichten. 2015 was een jaar waarin ik op het gebied van de poëzie weer vele mooie initiatieven heb mogen leren kennen en meemaken. Persoonlijk waren een aantal optredens in 2015 heel waardevol maar ook mijn bemoeienis met stichting Ongehoord! en iets meer op afstand met een nieuw initiatief als de Poëziebus geven me de zin en de energie om met volle kracht ook in 2016 over de vele gezichten van de poëzie te blijven schrijven.
In dit laatste bericht in 2015 uiteraard een gedicht. Ik heb gekozen voor een gedicht waaruit blijkt dat hoe oud iets ook kan zijn, voor sommigen of in een andere situatie kan iets weer helemaal nieuw zijn. Het betreft hier het gedicht ‘Het paar’ van Heinz Kahlau uit 1931 in een vertaling van Geert van Istendael en Koen Stassijns, verschenen in ‘Blanke man’ uit 2002.
.
Het paar
.
Zij lagen been aan been
sinds ze gestorven waren
.
tot men ze vond
.
Ze lagen zo
al zestigduizend jaren.
.
Toen loste men de hand die hem met haar verbond.
.
Gelukkig nieuwjaar!
Verlanglijstje
Zondag: Herman de Coninck
.
Na mijn overpeinzing van afgelopen zondag kreeg ik meerdere reacties om toch vooral nog even door te gaan met de Herman de Coninck-zondag. Zoveel bijval voor continuering kan ik natuurlijk niet negeren dus ook de komende weken nog op zondag een gedicht van deze prachtige dichter.
Vandaag het gedicht ‘verlanglijstje’ uit de bundel ‘Met een klank van hobo’ uit 1981.
.
Verlanglijstje
Geef me Nescio en Tsjechov, oude boeken.
Geef me na mijn zoveelste kale reis
iemand die mij twee haren uittrekt
en glimlachend zegt: je wordt grijs.
Geef mij alles en zeg: het is niets.
Geef me niets en zeg: dat is alles.
Geef me mijzelf, geef me jou.
Ik heb gezocht naar wist ik maar wat.
Geef me nu eindelijk
wat ik altijd al had.
.
Dubbeldichters, een recensie
Mattie Goedegebuur en Derrel Niemeijer
.
Na twee eerdere bundels van Derrel Niemeijer te hebben gerecenseerd kreeg ik nu het verzoek om de nieuwe bundel die hij en Mattie Goedegebuur hebben gepubliceerd bij uitgeverij Heimdal te lezen en te recenseren. Mattie haar laatste bundel ligt nog op mijn stapel: te recenseren bundels maar na het lezen van deze bundel heb ik er zin in gekregen. Derrel volg ik al een tijdje en daaruit bleek me dat zijn gedichten in kwaliteit toenemen. De gekte is er zeg maar een beetje uit aan het verdwijnen. En met gekte bedoel ik de enigszins chaotisch manier schrijven, van opmaak en van alles op papier smijten. In die zin is ook deze bundel weer een verbetering ten opzichte van de voorgaande.
Gaat dat dan niet ten koste van de authenticiteit? Gelukkig blijft Derrel in zijn gedichten verrassen met opmerkelijk vondsten, creatieve manieren van zaken bespreken en is ook zijn manier van persoonlijk dichten gebleven. Zelfs ten aanzien van de bladspiegel (nog een pijnpuntje uit de laatste bundel) is in deze bundel de naar mijn mening juiste weg bewandeld. Jammer dat de wat langere gedichten op een bladzijde naast elkaar zijn gedrukt om het maar op die ene pagina te krijgen, dat komt de leesbaarheid niet altijd ten goede.
Dat hiervoor gekozen is begrijp ik trouwens wel en dat heeft alles te maken met de opzet van deze bundel. Zoals het in het voorwoord staat beschreven:
Na enkele ontmoetingen begint het poëtisch koppel met een gedichtenbattle: Niemeijer schrijft een uitdagend gedicht, waarop Goedegebuur weer reageert (of omgekeerd).
En dat is precies waar de bundel uit bestaat, steeds twee gedichten van beide waarbij de een op het gedicht van de andere reageert met een ‘tegen’gedicht. Vooraf vroeg ik me af of dit kon werken maar na lezing weet ik; dat kan, en hoe.
De ‘battles’ zijn uitdagend, verrassend, geven een kantelend beeld van een onderwerp en blijven daardoor fris en leesbaar. Waarbij beide duidelijk een eigen stijl hanteren zijn de gedichten van Derrel eerder provocatief en die van Mattie eerder om wat langer over na te denken. De chemie tussen beide dichters is echter bij elke battle aanwezig en dat is knap.
Ook in de titelkeuze wordt de samenwerking versterkt. Titelcombinaties als ‘Wapen-Heelmeesters’, ‘Een geboren dichter – Hij is gehoorzaam’, ‘Boeren, burgers en buitenlui – Koning, keizer, admiraal’ zijn een aanvulling op het concept van deze twee dichters.
Wat mij betreft, gezien de kwaliteit van de gedichten, de bijzondere combinatie van dichters en de verrassende thema’s op termijn reden tot herhaling.
Uit deze bundel de gedichten ‘battle’ ‘Heimwee naar de boekenkast – Slapend in boeken’
.
Heimwee naar de boekenkast
door Derrel Niemeijer
.
Mijn boekenkast
is mijn thuis.
Daar waar
mijn boeken staan
is mijn thuis.
.
Daar waar
mijn boeken stonden
is mijn thuis.
.
Dat huis
wat ik thuis noem…
moet noemen
is huis maar
mijn boekenkast
staat daar
.
Daarin kijken
is thuis komen
.
Slapend in boeken
Door Mattie Goedegebuur
.
Elk boek groet ik
hartelijk met
warme knik
.
Ze liggen mij
na aan het hart
.
Op alfabet
binnen de categorie
onderwerpssortering
.
Ze staan in het gelid
on- en gelezen
.
Mij begraven
in gedrukte inkt
is als in mijn bed
.
Gedicht naar aanleiding van column
Onder de brug
.
Woorden ter inspiratie voor natgeregende fietsers
opdringerige brommerkoeriers, haastige passanten
stressende automobilisten en geduldige hengelaars
.
platgeslagen tekst, meestal onzichtbaar
alleen de schippers nemen flarden tot zich
in het voorbijgaan, in het half donker
.
pas wanneer er een pas op de plaats moet
worden gemaakt, openbaren zich de zinnen
de poëtische overdenkingen onder de brug
.
minutenlang mag de tekst haar lezers
plezieren en verwonderen, tot na het laatste
schip, waarna zij zich weer tijdenlang verbergt
,
Kritisch op kritiek
Wat vinden de lezers?
.
Een paar weken geleden heb ik hier een stuk gepost onder de veelzeggende titel ‘Zoet en fruitig versus Zuur en bitter’. Een reactie op een nare recensie. Was de recensie inhoudelijk geweest en de kritiek opbouwend dan had ik hier vrede mee kunnen hebben. Door de pompeuze toon, de manier waarop en de totale desinteresse om zich in de gedichten te verdiepen echter voelde ik mij gedwongen een reactie te schrijven.
Ik begin hier over omdat ik op de website van de Huffington post een interessant artikel las van Travis Nichols met de titel ‘Should poetry critics go negativ?’
Het artikel en de reacties op dit artikel zijn het lezen meer dan waard. Een klein stukje uit het artikel:
In terms of ‘negative criticism’ (so called), I rarely see the use of it. If it is to dismiss a work of literature/art as unvaluable/irrelevant, don’t we already do this by not attending it, or by not investing our desires and passions in it? It is so much work just to understand poetry/art (for works of art and poetry to become legible to one’s self) I have never understood why people would want to waste their energy on what does not interest them (what, that is, they do not love or desire).
en:
In other words, why bother going negative on poetry when American culture has gone so negative on poetry already? It’s already well below zero, why pile on? Why not focus on what’s good, on what’s desirable? Donovan sees a poet-critics job as to, first, “do no harm,” and then, in a sense, to work out of love.
Het hele artikel lees je hier: http://www.huffingtonpost.com/travis-nichols/should-poetry-critics-go_b_429646.html
Reacties
Feedback
.
Hoewel ik niets te klagen heb als het gaat om bezoekers en likes op mijn berichten, wil ik hier toch een verzoek of vraag neerleggen. Ik weet dat vele mensen mijn blog bezoeken en ik krijg daar ook, in het echte leven regelmatig feedback over. Het aardige aan een blog is dat je ook rechtstreeks kunt reageren. Onder aan elk bericht staat daartoe een mogelijkheid. Ik wil een ieder die dit blog bezoekt dan ook uitnodigen om hiervan gebruik te maken. Reageer als je iets mooi of juist niet mooi vindt, als je een aanvulling hebt op wat ik schrijf of een aanvulling op één van de categorieën (bijvoorbeeld gedichten in vreemde vormen of gedichten op vreemde plekken), als je foto’s hebt van voordrachten waarop ik aanwezig was of waarover dan ook. het mag ook op oudere berichten, leef je uit.
Mijn waardering heb je in ieder geval en waar nodig of gevraagd zal ik altijd terug reageren.
1000 reacties
Statistiek.
Zoals jullie misschien wel weten ben ik gek op statistiekjes. Met de invoering van de nieuwe indeling en software van Web-log zie je in één keer hoeveel berichten je hebt geplaatst en hoeveel reacties er zijn gegeven.
.
Vandaag ongeveer 2,5 jaar nadat ik dit web-log ben begonnen heb ik precies 1000 reacties op mijn berichten (352) mogen ontvangen. Dat zijn 2,84 reacties per bericht. Waarvoor dank!
.
.
.