Site-archief
Kleinwild
Anne Broeksma
.
Ik ben al lang een gebruiker van Goodreads.com, een heerlijke site voor lezers. En ook lezers van Nederlandse boeken ondanks dat de site Engels is. Op deze site was ik wat aan het rond kijken en toen kwam ik de bundel ‘Vesper’ tegen van Anne Broeksma (1987) uit begin van 2021. Anne Broeksma treedt regelmatig op met haar poëzie op festivals als Mooie Woorden en Lowlands. Ze schreef gedichten voor Radio 1 en publiceerde in onder meer de tijdschriften Het Liegend Konijn, Kluger Hans en Tirade. Daarnaast presenteert ze literaire programma’s in Utrecht.
Hoewel ik weet dat smaken verschillen viel me op dat degene die de bundel ‘Vesper’ sterren hadden gegeven (van 1 niet zo best tot 5 fantastisch) nogal verschillend over deze bundel oordeelden. Het ging van 2 tot 5 sterren. Degene die bij Bol.com een review achterliet stelt voor om Anne Broeksma de volgende Dichter des vaderlands te maken maar op Meander schrijft Peter Vermaat in een recensie van deze bundel dat ‘taal ertoe doet, en dat het vaker mag, veel vaker’ https://meandermagazine.nl/2021/02/anne-broeksma-vesper/ In de recensie merkt hij ook op “De dichter lijkt zich voornamelijk te richten op het schilderen van bepaalde beelden (die soms absoluut pregnant blijken), maar veel minder op de fonologische en de semantische suggestiviteit van de taal.” en “Weliswaar zal die laatste categorie (lezen wat er staat) het beter doen bij een publiek dat vooral toehoort en niet (mee)leest, maar een poëziebundel is nu eenmaal geen tekstboekje bij een voordrachtsprogramma.”.
Dit staat dan weer op gespannen voet met wat Jan de Jong in zijn recensie schrijft op de website Tzum https://www.tzum.info/2021/02/recensie-anne-broeksma-vesper/ waarin hij juist het tegenovergestelde stelt: “De zoektocht in Vesper is een lyrische, geen fysieke.”.
Een bundel kortom die nogal tot wisselende reacties leidt. Om je een indruk te geven en zelf een mening te vormen hier het gedicht ‘Kleinwild’ uit deze bundel.
.
Kleinwild
.
het was tijdens de vrije vogeldagen
toen we op veldexcursie een duinpieper zagen
met Nico de Haan
iedereen die nooit van een duinpieper had gehoord
mocht niet met ons praten
.
gehurkt zaten we, op de grens van parklandschap en wilde natuur
we lieten onze verrekijkers zelden zakken
.
later die ochtend pluisden we uilenballen uit
plakten het skelet van een muis op een papiertje
.
er was een theaterstuk van een volwassen man in vogelpak
hij praatte met snerpend, Hollands accent
riep: ik ben de supervogel! ik ben de supervogel!
.
wij voelden ons als vogelaars niet serieus genomen
we gingen
.
Klimaatdichters
Yanni Ratajczyk
.
Enige tijd geleden schreef ik al over de klimaatdichters https://woutervanheiningen.wordpress.com/2020/07/28/klimaatdichters/een groep dichters en woordkunstenaars die het klimaat aan het hart gaat, die het manifest onderschrijven https://www.klimaatdichters.org/in-woord en waar ik me inmiddels ook bij heb aangesloten. Van de klimaatdichters verscheen pas geleden de bloemlezing ‘Zwemlessen voor later’ klimaatpoëzie. Elke maand wordt er op de website een gedicht van de maand gekozen en deze maand is dat het gedicht ‘3 280 840 ft’ van de jonge Vlaamse dichter Yanni Ratajczyk.
Yanni Ratajczyk (1994) is filosoof, dichter en liefhebber van absurde humor. Hij studeerde in Antwerpen en Leuven en is (poëzie)redacteur bij Deus Ex Machina. Na een liftreis van vier maanden is hij te vinden op diverse literaire evenementen waar hij graag de muren tussen tekst, performance en publiek sloopt.
.
3 280 840 ft
.
die duizend kilometers tussen ons
laat deze nog weerklinken, weergaloos
ik wantrouw afstand wanneer ze onecht lijkt
zoals ik beducht ben voor gedempt geluid
van ruzies tussen boekenkasten
ben je zover gekomen om de zomer te zien
vergaan tot stof, is dit nu zo vraag je je af
ik heb een scherm zeg ik, ik zal het gebruiken
om de wereld te ontkleden, desnoods zet ik
zwermen vogels in
ze brengen eilanden in kaart, ze laten zien
hoe we stilaan dichterbij drijven
zonder voluit te beseffen
deze verte is geen verte meer
niet langer tussen ons
.
Het literaire tijdschrift en MUG
Wat wil MUGzine?
.
Tijdens een overleg over MUGzine kwam de vraag naar voren waarom we MUG maken en met welk doel. In het kort is MUG het gevolg van een gesprek waarin de ene partij https://mugbookpublishing.wordpress.com/de wens uitsprak een klein poëziemagazine uit te geven en de andere partij (https://poetryaffairs.nl/) de kennis en de inzichten had in het opzetten, vormgeven en publiceren van een (digitaal) tijdschrift.
Maar welke kant we op wilden met http://mugzines.nl/, hoe het minipoëziemagazine er moest gaan uitzien, welke vorm het moest krijgen, welke mensen konden gaan bijdragen, daar hadden we het niet over. Tot het overleg waarin we ons zelf deze vragen stelden. Ik moest aan dit laatste overleg denken toen ik de masterscriptie van V.J. Drost uit 2008 las. Het betreft hier een scriptie over de functie van het literaire tijdschrift in de literaire wereld. Onderwerp van het onderzoek waren 10 gesubsidieerde Nederlandse literaire tijdschriften ( in de periode 2002 – 2007). te weten: Bunker Hill. De Revisor, De Gids, Liter, De Tweede Ronde, Hollands Maandblad, Parmentier, Passionate, Raster en Tirade.
“De acht aannames laten zien dat de functie van het literaire tijdschrift onduidelijk is. Het is in ieder geval geen kweekvijver, want slechts een klein aantal auteurs debuteert. Het aantal redactieleden dat publiceert in de literaire tijdschriften is zelfs groter dan het aantal debutanten. Daarnaast hebben de tijdschriften vrijwel allemaal een groep auteurs of redacteuren die regelmatig publiceren én tijdschriftvast zijn. Er kan dus gesteld worden dat het literaire tijdschrift eerder een plek is waar redactieleden en gerenommeerde auteurs publiceren en dat het in hun belang is dat de tijdschriften bestaan.”
Ook schrijft Drost:
“Tijdens het onderzoek zijn een aantal tijdschriften naar voren gekomen als plekken waar auteurs voor het eerst publiceren, zoals Op ruwe planken, Nymph, Lava, Krakatau en De Poëziekrant. Het is interessant om in vervolgonderzoek aandacht te besteden aan deze veelal ‘jonge’ initiatieven in vergelijking tot de toch ‘oudere’ gesubsidieerde literaire tijdschriften. Aan de opkomst van de e-zine is bij de dataverzameling van dit onderzoek geen aandacht besteed. Wellicht werpt een onderzoek naar e-zines een nieuw licht op de interactie tussen auteurs, publiek, redacteuren en uitgeverijen.”
Kom ik terug op MUGzine. Ik denk dat je kunt stellen dat MUGzine een (klein) gat vult dat nog open stond. MUG wil een poëtisch magazine zijn waar dichters van verschillende pluimage een stem krijgen. Met een oog voor kwaliteit en voor vernieuwing. Een magazine dat niet elke keer hetzelfde is. Dat qua vorm en inhoud zichzelf en de lezer wil verrassen. Waar gevestigde maar zeker ook talentvolle nieuwe namen een plek kunnen krijgen om poëzie te publiceren. In die zin beweegt MUGzine zich tussen de gevestigde bladen en de hierboven genoemde magazines. Toegegeven, de redacteuren zijn aanwezig in de MUG’s die tot nu toe zijn gepubliceerd maar ook dit is geen vast gegeven.
En omdat ik altijd met een gedicht wil eindigen, een gedicht over de mug van Meleagros (140 – 70 voor Christus) getiteld ‘Aan een mug als postiljon d’amour’.
.
Aan een mug als postiljon d’amour
.
Vlieg voort, o mug, mijn snelle bode en fluister
Aan de oren van Zenophila héél zacht,
‘Gij slaapt, vergetend lief, hij waakt en wacht.’
Vlieg voort, vlieg voort, mijn zangster zoet, maar luister:
Spreek zacht en wil haar slaapgenoot niet wekken,
Dat gij niet wekt mijn ijverzucht’ge trots.
Als gij haar hier brengt, mug, geef’k u een knots,
En ‘k zal u met een leeuwehuid bedekken.
.
.
Websites van dichters
Nieuwe rubriek
.
In Nederland zijn er een handvol dichters die van hun schrijven kunnen leven. Meestal in combinatie met het schrijven van proza, columns, artikelen, recensies of verhalen. Vrijwel elke dichter heeft een website waarop je kunt lezen over leven en werk van die dichter en, als het meezit, ook voorbeelden van zijn of haar poëzie. Door de jaren heen ben ik veel websites van dichters tegen gekomen die niet zo bekend zijn, die niet van hun poëzie hoeven te leven, die semi-professioneel bezig zijn met poëzie. Veel van die dichters schrijven gedichten die zeer de moeite waard zijn maar eigenlijk maar moeizaam of slechts zeer beperkt een groter publiek bereiken.
Met de rubriek ‘Dichterswebsites’ wil ik die dichters onder de aandacht brengen. Dat kan ik helemaal in mijn eentje gaan doen (geen probleem hoor, ik kom er genoeg tegen) maar het is natuurlijk veel leuker (ook voor mij) als ik getipt wordt door mijn lezers. Dus ken je een dichter van wie je vindt dat hij of zij wel wat extra aandacht zou mogen krijgen (dus niet jezelf) laat mij dit dan weten door middel van een reactie op dit blog.
Ik wil vandaag van start gaan met de website van Stokely Dichtman ‘Tinteltong’ te vinden op https://tinteltong.wordpress.com/ . Ik ken Stokely al jaren, hij droeg voor bij Ongehoord!, ging tweemaal mee met de Poëziebus op toer, is lid van Wakkerlicht (ik weet niet of ze nog actief zijn) samen met Dean Bowen, Iris Penning, Lotte Dodion, Mickey Wo en Joost Hoeck en is performance dichter. Ook was hij een van de 10 talentvolle schrijvers die deelnamen aan #NieuweStukken. Binnen #NieuweStukken maken de beginnende schrijvers nieuwe teksten en ontwikkelen ze hun schrijverschap. Ze worden begeleid door een ervaren coach en volgen workshops van de Tekstsmederij. De resultaten worden beoordeeld door een jury en gepresenteerd aan het veld.
Op zijn website staan een aantal gedichten die een goed beeld geven van zijn werk, helaas is de laatste bijdrage alweer van 2018. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de richting die hij heeft gekozen (performance dichter/spoken wordt artiest). Desalniettemin is zijn poëzie zeer de moeite waard. Ik koos voor het gedicht ‘De gepelde ui’ uit 2014.
.
De gepelde ui
.
Zij stond midden in ‘t midden van ‘t midden van ‘t midden
in ‘t centrum van dat midden midden in de kern
zij was vergeten waar ze was
zoals een dichter ook vergeet waar hij over praat
zij was verdwaald in zaterdag
verkeerd afgeslagen bij de diepe glazen van
vrijdagnacht op zaterdag
er waren zoveel mensen die spraken
stilte waar is stilwater als je stilwater nodig hebt
in haar middelpunt was geen ruimte voor willekeurige ruis
in zichzelf verstopt als een matroesjka poppetje
onder al haar oppervlakkige lagen
naar dieper gelegen flarden realiteit
een psychonaut is iemand die ervan houdt
om weg te vluchten van de aarde
Buzz Aldrin wist ook hoe ‘t was om in gewichtsloze toestand
zweverig te doen zonder zwaartekracht
buiten de dampkring in een space shuttle vlucht
eigenlijk is de maan ook een leuke plek om te zijn
van Houston naar overal waar ze wilde zijn
mister Iboga ontmoeten in de toekomst
met delerium zonder flux capacitor
op zoek naar haar centrum
haar nulpunt de plek waar ‘t begon
.