Site-archief
Weirdo’s
literair magazine
.
Iedereen die iets van literatuur weet of daar wel eens over leest, weet ook dat er literaire en/of poëziemagazines zijn in Nederland en Vlaanderen (in het Nederlandse taalgebied). Tijdschriften als De Gids, Raster, Hollands Maandblad, Passionate, Awater en Het Liegend Konijn (al is die laatste meer een verzamelbundel). In maart dit jaar schreef ik er nog over https://woutervanheiningen.wordpress.com/2021/03/31/literaire-tijdschriften/ . In de periferie van al die grote en bekende bladen (waar bijna altijd vooral bekende dichters in worden gepubliceerd die toch al wel aandacht krijgen) zijn er gelukkig ook allerlei kleine, minder bekende maar zeker niet minder aantrekkelijke of interessante literaire en/of poëzietijdschriften te lezen en te verkrijgen. Het beste voorbeeld vind ik uiteraard https://mugzines.nl/2021/09/16/mugzine-9/ dat 5 maal per jaar verschijnt en waarin vooral dichters verschijnen die zeer de moeite waard zijn maar misschien nog niet zo’n grote landelijke bekendheid hebben of nog aan het begin staan van hun dichterschap.
Maar er zijn er, zoals gezegd meer. Pas kreeg ik bijvoorbeeld het Anti-Postmodernistisch literair (k)wartaalschrift ‘Weirdo’s’ een kruispuntje, onder ogen. Dit Vlaamse tijdschrift werd in december 1986 door Frank Moyaert en Hubert Van Eygen opgericht en wil “een blad zijn dat publicatieruimte biedt aan mensen die gewoon zichzelf willen zijn en die geen rekening (willen) houden met de regeltjes die anderen opleggen”. Het blad wordt gesteund door financiële bijdragen van een 60-tal trouwe abonnees (zoals MUGzine alleen heeft die nog wat minder donateurs) en de gemeente Kinrooi (in Belgisch Limburg).
De oplage van Weirdo’s is 150 (MUGzine : 100) en een abonnement kost € 15,- voor 4 nummers (MUGzine donateur per jaar vanaf € 20,- voor 5 nummers). En wat staat er dan in Weirdo’s? Verhalen, foto’s, (cartooneske) tekeningen en gedichten. Uit het aanbod van nummer 1 jaargang 34 koos ik het gedicht van de Groningse dichter Henk Puister getiteld ‘Had alles zo’n natuurlijk verloop’.
.
Had alles zo’n natuurlijk verloop
.
Waar ik zo stervensalleen
in mijn miniatuurhuis
mee doende ben de hele dagen –
vraag je. Ik plaats een komma,
vervang een woord – Maak een Hoofdletter
van een kleine – zet een streepje
van verbinding. Veel vraagtekens???
Dan zet ik een punt achter de dag.
De klange winter wacht –
vertrekt dan weer als vanzelfsprekend.
De dromen van het voorjaar
altijd weer botten ze uit.
.
E.E. Cummings
De Tweede Ronde
Ik ben een groot liefhebber van de poëzie van de Amerikaanse dichter E.E. Cummings (1894 – 1962). En hoewel ik het Engels uitstekend beheers is een vertaling van zijn poëzie toch erg prettig om te lezen. In het literaire tijdschrift De Tweede Ronde, jaargang 2, nummer 1 uit 1981 stonden een aantal gedichten van Cummings in vertaling van Peter Verstegen. De Tweede Ronde was een Nederlands literair tijdschrift met ruime aandacht voor vertalingen en verscheen tussen 1981 en 2010. Genoeg reden om hier een gedicht, dat is genomen uit ‘Eight Harvest Poets’ (1917) in vertaling en in het Engels, met jullie te delen.
.
Dubbel-gedicht
Oud Eik en Duinen
.
Jaren geleden schreef ik een gedicht over de prachtige oude begraafplaats Oud Eik en Duinen. Dit gedicht werd onder andere gepubliceerd in mijn bundel ‘Je hebt me gemaakt met je kus’, De Oud Hagenaar, in Poëzie op Pootjes 3 en op de website van Monuta (hetbedrijf dat Oud Eik en Duinen beheerd) https://www.monuta.nl/vestiging/begraafplaats-oudeikenduinen/actueel/wouter-heiningen/ . Afgelopen weekend las ik in een editie van Maatstaf tot mijn verbazing een gedicht met dezelfde titel. In de Maatstaf nummer 1 van de veertiende jaargang (1966) staat het gedicht ‘Oud Eik en Duinen’ van dichter F.L. Bastet.
Frédéric Louis Bastet (1926 – 2008) was een Nederlandse literator, biograaf van Couperus, archeoloog, schrijver, essayist en dichter. In 1960 debuteerde hij met de poëziebundel ‘Gedichten’ en gedurende zijn leven schreef en publiceerde hij regelmatig dichtbundels. Tussen het eerste gedicht (van mij) en het tweede gedicht (van F.L. Bastet) zit ongeveer 50 jaar.
.
Oud Eik en Duinen
.
De kraaien zijn geen kraaien
meer, maar kauwen
hun zwarte werk verlicht
.
hier trekt je laatste adem
een kou doortrokken wintervacht aan
en zingt de lucht in stilte
.
de prikklok slaat nu nog eenmaal
gaten in de tijd, toch, wie er moet zijn
is aanwezig
.
hij die stof verlangt
wordt niet teleurgesteld, de grond
wordt dik belegd met ons gepeins
.
Oud Eik en Duinen
.
.
Nieuwste Dichtkunst
Jo Landheer
.
In 1950 publiceerde uitgeverij Bigot en van Rossum in De Uilenreeks het eerste nummer onder de titel ‘Nieuwste Dichtkunst’. Samenstellers C. J. Kelk en Halbo C. Kool brachten gedichten bij elkaar in deze bundel uit de jaren vlak voor 1950. Een dichter die ik van naam vaag kende maar niet van haar werk is Jo Landheer (1900 – 1986).
Van deze, in Rotterdam geboren dichter verschenen in totaal 7 dichtbundels. Haar gedichten worden in zeven voornamelijk literaire tijdschriften geplaatst: Leven en Werken, Elseviers Geïllustreerd Maandschrift, De Nieuwe Gids, Helikon, De Nieuwe Stem, De Gids en Maatstaf. Jo Landheer heeft – los van vijf vertalingen – in totaal drieënnegentig gedichten gepubliceerd. Ongeveer twee derde ervan is meer dan eens in boek of tijdschrift afgedrukt. In aanmerking genomen dat de dichteres in 1918 voor het eerste publiceert en in 1974 voor het laatst, dan komt haar (gepubliceerde) productie op slechts anderhalf tot twee gedichten per jaar.
.
De verlatenen
.
Die met ons in de zelfde kamers woonden,
En met ons samen waren dag en nacht,
-Hun wangen waren zacht en warm aan de onze –
Zijn nu voor altijd van ons weggebracht.
.
Zij liggen ergens in den grond verborgen,
Gesloten in een smalle kist van hout,
Hun mond werd star, het bloed stolde in hun oogen,
Stijf zijn hun vingers en als steen zoo koud.
.
Wij leven verder, lachen weer en praten.
Wie van ons beiden zijn het meest verlaten?
.