Site-archief
Je werkt nu zelfstandig
Paul Bogaert
.
Ik zal niet beweren dat dichters alwetend zijn (dat zijn ze namelijk niet) maar soms lees ik een gedicht en dan twijfel ik, heel even. Lezend in de bundel ‘de Slalom soft’ uit 2009, van de Vlaamse dichter Paul Bogaert (1968) kwam ik het gedicht ‘Je werkt nu zelfstandig’ tegen. Het lijkt alsof verschillende regels regelracht verwijzen naar de huidige werksituatie van veel mensen die gedwongen thuis werken “wie lange tijd niets inzingt, zakt weg” en “Je profileert ondertussen door veel te bestellen”, dat laatste waarschijnlijk meer onbewust dan bewust. Uiteraard gaat dit gedicht over hoe je als mens en gebruiker van internet en computersystemen gevolgd wordt (en geleefd) maar met een schuin oog gaat dit gedicht over veel mensen in hun huidige situatie.
Paul Bogaert studeerde Germaanse filologie aan de universiteiten van Brussel en Leuven. Hij debuteerde in 1996 met de bundel ‘WELCOME HYGIENE’ waarvoor hij de Prijs voor Letterkunde Poëzie van de provincie Vlaams-Brabant 1997 kreeg. Hij schreef ook het gedichtendagessay 2008 (Verwondingen). Zijn eerste drie dichtbundels staan integraal op zijn website https://www.paulbogaert.be/gedichten/bundels/.
In oktober 2010 werd hij genomineerd voor de VSB Poëzieprijs, de belangrijkste poëzieprijs van de Nederlanden. In 2011 kreeg Paul Bogaert de driejaarlijkse Vlaamse Cultuurprijs Poëzie voor zijn bundel ‘de Slalom soft’; de bundel waarmee hij ook de Herman de Coninckprijs won in 2010. Uit deze bundel dus het gedicht ‘Je werkt nu zelfstandig’.
.
Je werkt nu zelfstandig
.
Je werkt nu zelfstandig en uit eigen beweging
aan je gegevens en zodoende word je levenslang
met de database intiem,
door de input beroest en door scores gekust.
Je verbetert/bevestigt wat afwijkt
als dat wordt gevraagd.
Wie niets gelooft of
wie lange tijd niets inzingt,
zakt weg.
Je profileert ondertussen door veel te bestellen.
Je kunt jezelf onmogelijk als dood aanvinken.
Er is een persoonlijk invulveld voor twijfels.
.
Hoi feest
Ellen Deckwitz
.
De laatste tijd lijkt het alsof ik Ellen Deckwitz (1982) regelmatig tegenkom op televisie (Mondo boekenclub) op internet (tijdens de E. du Perronlezing van afgelopen week waar ze als winnaar voor haar bundel ‘Hogere Natuurkunde’ de E. du Perronprijs kreeg) en op de radio. Hierdoor ben ik poëzie van haar gaan (her)lezen en zo kwam ik in mijn boekenkast de bundel ‘Hoi feest’ uit 2012 tegen.
In deze bundel staan bijzondere gedichten. Hoi feest richt zich op mislukte haarverfbeurten, de frustraties van de puberteit, konijnen, de lichamelijkheid van religie en de ruimtelijkheid van het lichaam. Licht van toon en helder van vorm dansen de gedichten je hoofd binnen, tot je midden in de nacht wakker wordt en denkt: ‘Hoi feest?’
Uit de vele titelloze gedichten koos ik de volgende.
.
Het ergste zal zijn
dat je tegen niemand zeggen kan: weet je nog
.
hoe de naden knapten. Je vest in het stuur
van een tegenligger haakte. Slippers van trappers
glipten en nergens een spatiebalk lag
.
om een pauze in te lassen. Schrik door benen bliksemt
als je naar beneden wordt gestoten,
.
weten waarom je nooit vroeg
hoe fel de kleur tussen wiel en grind valt
.
waar te nemen: dat je kan worden toegedekt,
nog steeds onder de wolken bent,
licht kletst op de grond.
.
Vikingen en Friese leraressen
Ruben van Gogh
.
Soms hebben dichtbundel heel intrigerende titels, en dit geldt ook voor sommige gedichten. In het geval van de bundel ‘De man van taal’ moest ik meteen denken aan Archie, de man van staal, een striptekening-serie uit mijn jeugd die later nog werd omgewerkt tot een televisieserie. Een gedicht uit deze bundel heeft een minstens zo’n bijzondere titel ‘Vikingen verkrachten Friese leraressen’.
Dichter (of Lyrisch chroniqueur zoals hij zichzelf afficheert) schrijver van zangteksten en fotograaf Ruben van Gogh (1967) publiceerde zijn eerste gedichten op internet en in tijdschriften. Al vrij snel trad hij ook op en maakte hij naam als performer met een licht Gronings accent. Zijn gedichten zijn toegankelijk door het eenvoudige taalgebruik, de begrijpelijke zinnen en het vaak gebruikte eindrijm. Als Van Gogh niet rijmt, gebruikt hij veelal korte en krachtige regels.
Van Gogh was te zien en te horen op Lowlands, Winternachten, Dichter aan huis, Poetry International en op podia in het buitenland. De bundel ‘Man van taal’ uit 1996 was zijn debuut (na ‘Wondere wereld’ die hij in eigen beheer uitgaf in 1992) en daar staat dus onderstaand gedicht in dat aan de ene kant heel speels en cartoonesk is en aan de andere kant donker en onaangenaam.
.
Vikingen verkrachten Friese leraressen
.
Na duizend jaar van ongeduldig wachten
in een halfversleten Vikingsloep
besloot een langvergeten Vikinggroep
weer eens Friese leraressen te verkrachten
/\.
Ze voeren uit, hun hoofden stonden woest.
Voorbij de dijk drongen ze Friesland binnen,
en toen de vrouwen. Ze raakten buiten zinnen
en waren pas na zeven keren koest.
.
De jongens, de mannen en ouden van dagen
van Friesland konden, net als toen,
verduveld weinig doen
en waren daarna zichtbaar aangeslagen.
.
Het gezeefde gedicht
Nieuwe dichters
.
Al browsend op het internet kwam ik op de website http://www.hetgezeefdegedicht.be/ een website voor nieuwe dichters. Deze website, die onder redactie staat van Roel Richelieu Van Londersele en Charles Ducal, beide ervaren en publicerende Vlaamse dichters, richt zich op nieuwe dichters en debutanten die op zoek gaan op het Internet naar poëzie en daar vaak minderwaardig werk tegen komen dat geen voorbeeld kan zijn. De redacteuren passen een strenge selectie toe van ingekomen gedichten en willen door deze selectie een overzicht geven en een platform bieden aan nieuwe dichters die kwalitatief en waardevol werk produceren.
Zij doen dit door die selectie toe te passen, geselecteerde gedichten te plaatsen op deze website, een ontmoetingsplaats en podium te bieden op een jaarlijkse poëziedag en dichters die de selectie net niet halen te voorzien van opbouwende kritiek en tips. Op de site verder een overzicht van alle dichters van wie ooit een gedicht is geplaatst, de gedichten, bundels van dichters die een bundel hebben gepubliceerd bij een landelijke uitgeverij, een poëzieprijs en nog veel meer.
Uiteraard heb ik uitgebreid een kijkje genomen in de lijst met gedichten en daar koos ik een gedicht uit van Norbert De Meyer getiteld ‘Eigenwijs’.
.
Eigenwijs
.
er wapperde nog een vlinder voorbij
zomaar in de late klaarte van september
zei je dat het gewoon verblinding was
je had zwaluwen gezien op de toren
de gestreepte zon schopte je
de doodlopende straat op
waar mensen opgeschrikt naar binnen liepen
omdat schimmen grotesker zijn dan vals licht
je bent het natuurlijk niet met me eens
gestapelde woorden stuiken altijd in elkaar
laten gebarsten letters achter en mijn hese stem
die af en toe wat neuriet
.
Gratis poëzie
Op internet en als E-book
.
Ik schreef al eens over de fijne app Muze, de app die je maandelijks nieuwe gratis gedichten biedt op je telefoon of tablet. Maar er zijn meer mogelijkheden om gratis poëzie tot je te nemen. Natuurlijk gaat er niets boven het bezitten of het lezen van een dichtbundel van papier maar het moet gezegd, tegenwoordig zijn er zoveel meer mogelijkheden om poëzie tot je te nemen.
Zo biedt de digitale bibliotheek van Nederland (waartoe je gratis toegang hebt als je lid van de bibliotheek bent) een keur aan dichtbundels die je kunt lenen en lezen vanaf je telefoon, tablet of pc. En waar deze (leen) variant ophoudt gaan andere diensten verder. Zo is er de prachtige website gedichten.nl waar een keur aan gedichten staat te lezen van bekende en onbekende dichters.
Waar ik vandaag echter op wil wijzen zijn de wesbites waar gratis poëziebundel in E-book formaat worden aangeboden. Ook ik heb inmiddels twee (kleine) dichtbundels gepubliceerd op E-book formaat en deze zijn behalve via deze website ook te downloaden van de website http://ebook.gratis-downloaden.nu/2016-03-30/xx-xy-liefdesgedichten of via http://ebook.gratis-downloaden.nu/2014-07-23/winterpijn
Maar er zijn er meer. Als je googled op gratis E-books kom je er vast en zeker nog meer tegen. De kwaliteit en het aanbod is wisselend maar voor de poëzieliefhebber met een kleine beurs is dit zeer de moeite waard.
A billion wicked thoughts
Accidental poetry
.
Poëzie ontstaat soms op de meest onverwachte manieren. Hier een staaltje toevallige poëzie (accidental poetry) of wat het eigenlijk is, een ready-made. Twee jonge neurowetenschappers, Ogi Ogas en Sai Gaddam, hebben een revolutie ontketend in de wetenschappelijke studie van seksuele aantrekkingskracht. Alfred Kinsey was ooit de eerste in de jaren vijftig van de vorige eeuw die onderzoek deed naar het seksuele gedrag van 18.000 blanke middenklassers. Wat Gaddam en Ogas hebben gedaan is het gedrag van meer dan 100 miljoen mannen en vrouwen van over de hele wereld bestuderen. Zij deden dit met behulp van het Internet. Hun bevindingen staan in het boek ‘A billion wicked thoughts’.
Tijdens hun onderzoek kwamen ze soms bijzondere dingen tegen zoals deze zoekgeschiedenis van AOL gebruiker 2.027.068. Dit leest als een readymade gedicht.
.
Flarf
Ready mades of collages
.
Zoals je in de kunst de techniek van de collage hebt (zie hieronder een bijzonder fraai voorbeeld van I. Vos), zo heb je in de poezie ook iets dergelijks onder de naam Flarf. Een Flarf is een gedicht waarin zoekresultaten van het internet zijn verwerkt. Een Flarf kan helemaal bestaan uit deze teksten of ermee zijn gelardeerd.
Wikipedia geeft de volgende onstaansgeschiedenis van de Flarf:
“Eind 2000 stuurt de Amerikaanse dichter Gary Sullivan een gedicht in naar poetry.com, ‘één van die frauduleuze poëziewedstrijden’, zoals hij de Amerikaanse organisatie noemt. Hij wil hiermee protesteren tegen de onoorbare praktijk van het verlokken van de argeloze dichter tot publicatie van zijn of haar gedichten, door poetry.com uiteraard, tegen buitensporig hoge tarieven. Aangezet door de theorie dat elk gedicht, hoe slecht ook, met het oog op winstbejag per definitie door dit soort organisaties de hemel in wordt geprezen, zendt Sullivan het slechtste gedicht in dat hij kan bedenken. Hieronder volgen de eerste 10 regels van het gedicht ‘Mm-hmm’.
- Yeah, mm-hmm, it’s true
- big birds make
- big doo! I got fire inside
- my “huppa”-chimp(TM)
- gonna be agreessive, greasy aw yeah god
- wanna DOOT! DOOT!
- Pffffffffffffffffffffffffft! Hey!
- oooh yeah baby gonna shake & bake then take
- AWWWWWL your monee, honee (tee hee)
- uggah duggah buggah biggah buggah muggah
Drie weken later ontvangt Sullivan een lovende brief van poetry.com met een aanbieding om, tegen forse betaling, zijn gedichten in een ‘coffee-table quality book’ uit te laten geven met een ‘Arristock leather cover stamped in gold and a satin bookmarker’. Sullivan maakt van dit voorval gewag op een mailinglist en roept andere dichters op om eveneens ‘vreselijke’ gedichten in te sturen naar poetry.com. Enkelen, waaronder K. Silem Mohammed en Drew Gardner reageren positief. Ergens in deze beginperiode valt het betekenisloze woord flarf, dat al snel als benaming wordt opgepikt voor het ‘aanstootgevende, sentimentele en infantiele’ in de vreselijke gedichten. Zo ontstaat er begin 2001 een clubje dichters dat begint te experimenteren met flarf gedichten, waarbij het gebruik van Google als primaire bron van flarfteksten zijn intrede doet. Dit laatste heeft tot gevolg dat flarf steeds vaker wordt aangewend als aanduiding van de wijze waarop de poëzie tot stand komt in plaats van de aanvankelijke betekenis van ‘het infantiele, het domme’.”
In Nederland verscheen de eerste Flarfbundel in 2009 van Ton van ’t Hof getiteld ‘Je komt er wel bovenop’.
Ton van ’t Hof heeft een bijzonder leesbaar en interessant stuk geschreven over Flarfpoezie. Deze tekst werd op 27 april 2007 tijdens een avond in Perdu over Amerikaanse poezie gepresenteerd. De volledige tekst lees je hier: http://decontrabas.typepad.com/de_contrabas/Flarf_lezing.pdf