Site-archief
Einde van een cultuurperiode
50 jaar Poetry International
.
Afgelopen donderdag was de start van de 50ste editie van Poetry International in Rotterdam. Alle reden om deze week eens extra aandacht te besteden aan een aantal dichters van internationale naam en faam die in de loop van die 50 jaar optraden tijdens dit prachtige festival. in de loop van die 50 jaar zijn er verschillende keren boeken en bundels uitgegeven waarin de dichters ruimte kregen om hun poëzie te delen met de lezer. Altijd in de eigen taal en in een vertaling.
Ik wil beginnen met de dichter Erich Fried. die al in 1971 optrad tijdens Poetry International samen met 31 andere dichters uit 20 landen. De Rotterdamse dichter Jules Deelder opende toen het festival, een taak die tot 1983 aan een stadsgenoot of inwoner van het Rijnmondgebied was voorbehouden.
Erich Fried (1921 – 1988) was een Oostenrijks schrijver, dichter en essayist van Joodse afkomst. Het grootste deel van zijn leven woonde hij in Engeland. Hij schreef echter steeds in het Duits. In 1938 emigreerde hij naar Londen en werkte daar als arbeider, chemicus, bibliothecaris en redacteur. Fried was een geëngageerd dichter en schrijver, zo publiceerde hij in de jaren 60 twee anti-Vietnam bundels. Ook trok hij, Jood zijnde, de aandacht met zijn uitgesproken atheïstische en antizionistische opvattingen en zijn stellingname tegen Israëls Palestijnenpolitiek.
Uit de bundel ‘Honderd dichters uit vijftien jaar Poetry international’ 1970-1984 het gedicht ‘Einde van een Cultuurperiode’ of Ende einer Kulturepoche’ in een vertaling van Gerrit Kouwenaar.
.
Einde van een cultuurperiode
.
De kampcommandant
een ontwikkeld man
had zijn bekentenis
in het net geschreven
en nog een paar formuleringen
verbeterd
en hier en daar
een kwinkslag ingelast
.
Maar ze lachten niet
en hij zei ten slotte
‘Voor de humor voorzie ik
treurige tijden.’
.
Ende einer Kulturepoche
.
Der Lagerkommandant
ein gebildeter Mann
hatte sein Geständnis
ins reine geschrieben
und einige Formulerungen
noch verbessert
und da und dort
einen Schertz eingefügt
.
Aber sie lachten nicht
und er sagte zuletzt
‘Nun kommen schlechte Zeiten
für den Humor.’
.
Om buiten te zingen
Hugo von Hofmannsthal
.
De Oostenrijkse dichter Hugo von Hofmannsthal (1874 – 1929) kende ik niet (ik ken eigenlijk geen Oostenrijkse dichters behalve Erich Fried en Ernst Jandl) maar toen ik in de bundel ‘De liefste’ onsterfelijke liefdesverzen tegen kwam was ik aangenaam verrast. Het simpele feit dat Paul Claes deze dichter met een gedicht heeft opgenomen zegt wel iets. In ‘De liefste’ zijn de allergrootsten van de wereldliteratuur vertegenwoordigd.
Hugo von Hofmannsthal was een laatromantisch dichter en toneelschrijver. Al moet gezegd dat hij eigenlijk vooral een toneelschrijver was. Deze eenvoudige omschrijving doet hem echter te kort. Hugo von Hofmannsthal was bijzonder productief; vele van zijn plannen zijn evenwel onafgewerkt gebleven. Hij gaf naast vele toneelwerken ook meerdere verzamelbanden met redevoeringen en verhandelingen uit. In de jaren twintig gaf hij lezingen over de kunst en het cultuurleven: hij aardde niet in de modernistische, formele kunststromingen zoals het dadaïsme en verlangde naar een meer conservatieve kunst, waarin de mens zijn geest ontwikkelt en door middel van de kunst tot wijsheid komt.
Ondanks zijn hang naar een meer conservatieve kunst, blijkt uit het gedicht dat is opgenomen in ‘de liefste’ een moderne en vrije geest.
.
Om buiten te zingen
.
De liefste sprak: ‘Ik weerhoud je niet,
Je hebt me niets gezworen.
Men moet de mensen niet weerhouden,
Ze zijn niet tot trouw geboren.
.
Kies je eigen weg, mijn vriend,
Bewonder land na land,
En rust in vele bedden uit.
Neem vele vrouwen bij de hand.
.
En als de wijn te zuur is,
Drink dan malvezij,
En als mijn mond je zoeter is,
Kom dan terug naar mij!’
.
Im Gruenen zu singen
.
Die Liebste sprach: ‘Ich halt dich nicht,
Du hast mir nichts geschworn.
Die Menschen soll man halten nicht,
Sind nicht zur Treu geborn.
.
Zieh deine Strassen hin, mein Freund,
Beschau dir Land um Land,
In vielen Betten ruh dich aus,
Viel frauen nimm bei der Hand.
.
Wo dir der Wein zu sauer ist,
Da trink du Malvasier,
Und wenn mein mund dir süsser ist,
So komm nur wieder zu mir!.
.
Wat het is
Liefdesgedicht
.
Er zijn net zoveel gedichten over de liefde geschreven als dat er mensen op de wereld zijn, een uitspraak waarvan ik niet precies meer weet wie hem deed (misschien ikzelf wel) maar het is waar. De liefde is, als geen ander onderwerp iets waarover schrijvers en dichters zich door de eeuwen heen hebben gebogen. In de bundel ‘De mooiste van de hele wereld, 300 gedichten van de 20ste eeuw’ staat een mooi voorbeeld van de Oostenrijkse schrijver, dichter essayist Erich Fried (1921 – 1988), getiteld ‘Was es ist’ of zoals de titel luidt in de vertaling van Geert van Istendael ‘Wat het is’. Omdat een liefdesgedicht altijd kan en omdat ik er zin in had dit gedicht.
.
Wat het is
.
Het is onzin
zegt het verstand
Het is wat het is
zegt de liefde
.
Het is tegenslag
zegt de berekening
Het is alleen maar pijn
zegt de angst
Het is uitzichtloos
zegt het inzicht
Het is wat het is
zegt de liefde
.
Het is belachelijk
zegt de trots
Het is lichtzinnig
zegt de voorzichtigheid
Het is onmogelijk
zegt de ervaring
Het is wat het is
zegt de liefde
.
Vrijheid van denken en doen
Erich Fried
.
Op een dag als vandaag past alleen een gedicht over een groot goed namelijk de vrijheid. De vrijheid van denken, de vrijheid van doen en de vrijheid van uiten, daarom het gedicht van Erich Fried (1921 – 1988) over vrijheid en liefde uit de bundel ‘Een brief van jou, wel duizend brieven’ uit 2003 in een vertaling van Gerrit Kouwenaar.
.
Liefdesgedicht voor de vrijheid en vrijheidsgedicht voor de liefde
Met de vrijheid is het
net zoiets als met de liefde
Wanneer het zogenaamde geluk mij dan na jaren
weer uit de afgesloten kast haalt
en zegt: ‘Nu mag je weer!
Laat maar eens zien wat je kan!’
zal ik dan inademen en mijn armen spreiden
en weer jong zijn en levenslustig
of zal ik dan naar mottenballen ruiken
en met mijn botten rammelen op de maat van een vreemde hartslag?
Met de vrijheid is het
net zoiets als met de liefde
en met de liefde is het
net zoiets als met de vrijheid
.
Met dank aan http://www.amnesty.nl
Liefdesgedicht voor de vrijheid en vrijheidsgedicht voor de liefde
Erich Fried
.
Erich Fried (1921 – 1988) was een Oostenrijks schrijver, dichter en essayist van Joodse afkomst. Het grootste deel van zijn leven woonde hij in Engeland maar hij schreef steeds in het Duits. Erich Fried was het enig kind van Joodse ouders. Toen zijn vader werd vermoord tijdens de Anschluss in 1938 vluchtte zijn moeder met hem naar Londen. Daar hield hij zich staande met allerlei baantjes waaronder die van bibliothecaris.
Vanaf jongs af aan kwam zijn schrijftalent naar voren maar het duurde tot 1958 toen hij eerste bundel publiceerde “Gedichte” dat hij echt als schrijver doorbrak. Vanaf die tijd publiceerde hij vrijwel jaarlijks een dichtbundel maar ook romans, novellen essays en vertaalde hij werk van o.a. Dylan Thomas, T.S. Elliot en Graham Greene naar het Duits.
In 2003 verscheen ‘Een brief van jou, wel duizend brieven’ in vertaling van Gerrit Kouwenaar. Uit deze bundel het gedicht ‘Liefdesgedicht voor de vrijheid, vrijheidsgedicht voor de liefde’.
.
Liefdesgedicht voor de vrijheid en vrijheidsgedicht voor de liefde
Met de vrijheid is het
net zoiets als met de liefde
Wanneer het zogenaamde geluk mij dan na jaren
weer uit de afgesloten kast haalt
en zegt: ‘Nu mag je weer!
Laat maar eens zien wat je kan!’
zal ik dan inademen en mijn armen spreiden
en weer jong zijn en levenslustig
of zal ik dan naar mottenballen ruiken
en met mijn botten rammelen op de maat van een vreemde hartslag?
Met de vrijheid is het
net zoiets als met de liefde
en met de liefde is het
net zoiets als met de vrijheid
.