Site-archief
Voor waar genomen
Inge Boulonois
.
Inge Boulonois (1945) leerde ik jaren geleden kennen (2008) via het huiskameratelier van Alja Spaan, waar door laatstgenoemde met enige regelmaat poëzieavonden werden georganiseerd in het kader van Alkmaar Anders. We mochten daar beiden een voordracht doen. Vorig jaar schreef ik nog over haar bundel light verse getiteld ‘Vers gekruid’ https://woutervanheiningen.wordpress.com/2020/08/03/vers-gekruid/ en over de verzamelbundel ‘Er is light’ met light verse gedichten waar Inge aan deel nam via Het Vrije Vers.
Maar nu is er dus een nieuwe bundel zonder light verse dit keer maar met poëzie geïnspireerd op kunst (Inge is van origine kunstschilder). In deze bundel wordt door Inge het raakvlak tussen beeldende kunst en poëzie verkend. De invalshoeken die Inge kiest zijn zeer gevarieerd, zo kan een model, een landschap, een kunstenaar of een stilleven centraal staan bij de gedichten. Verreweg de meeste kunstwerken, van beroemde tot onbekende, zijn in full colour bij het gedicht afgedrukt. Een deel van de gedichten is bekroond in Nederland en Vlaanderen en/of gepubliceerd in literaire tijdschriften.
De bundel is te koop voor € 18,50 bij https://www.bravenewbooks.nl/shop/index.php/catalog/product/view/id/564417/s/voor-waar-genomen-gedichten-geinspireerd-door-kunstwerken-248493-www-bravenewbooks-nl/
Uit de bundel een voorbeeld van een gedicht bij een stilleven van Giorgio Morandi (1890 – 1964), de Italiaans schilder, tekenaar en etser, gespecialiseerd in stillevens.
.
Liederen van de blauwkraanvogel
Antjie Krog
.
Antjie Krog (1952) debuteerde op haar achttiende met de dichtbundel ‘Dogter van Jefta’. Inmiddels is ze één van de belangrijkste dichters van Zuid-Afrika. Haar poëzie is persoonlijk, zintuiglijk en sterk geëngageerd. Thema’s die in het werk van Krog aan de orde komen zijn het moederschap en het ouder worden, de diepe verbondenheid en de worsteling met de ongelijkheid en het racisme in haar land. Ze neemt daarbij geen blad voor de mond. Haar stem is afwisselend woedend, kwetsbaar, hoopvol en radeloos. Haar werk is veelvuldig bekroond, onder ander met de prestigieuze Herzog-prijs, en Krogs dichterschap wordt vergeleken met dat van Sylvia Plath en Wislawa Szymborska.
In 2003 verscheen bij Uitgeverij Podium/Novib de bundel ‘Liederen van de blauwkraanvogel’ uit. In deze bundel koos Krog uit een enorm archief van de Engelsman Wilhelm Bleek. Deze verzamelde transcripties, poëzie en vertellingen van de Kaapse Bosjesmannen of Khoisan. Deze spraken een taal, het |Xam, waarvan de laatste spreker inmiddels is overleden (waarmee het |Xam een dode taal werd).
Krog las en vertaalde deze gedichten naar het Afrikaans en Robert Dorsman verzorgde de Nederlandse vertaling. Voor het goed verstaan van dit volk en hoe men leefde moet je de hele bundel lezen maar ik koos voor een gedicht getiteld ‘Het doden van een witte springbok’ of zoals de Afrikaanse titel is ‘Die doodmaak van ’n wit springbok’.
.
Het doden van een witte springbok
.
(|Han#Kass’o heeft dit van de vader van zijn moeder gehoord)
.
je maakt een witte springbok niet dood
je mag er alleen maar naar kijken
want het voelt alsof de springbok helemaal wil verdwijnen
een gewone springbok zal nooit naar de plaats komen
waar een witte springbok dood heeft gelegen
alle springbokken maken juist dat ze uit de buurt komen
laat daarom je boog zakken
daarom kijk je alleen maar naar een springbok die wit is
ook al is hij nog zo dichtbij
.
Met dank aan uitgeverijpodium.nl
Stiltes bij verstek
Keri Hulme
.
In de jaren tachtig van de vorige eeuw kon je geen studentenkamer binnen komen zonder tegen een boekenkast op te lopen met daarin prominent de roman ‘Kerewin’ van Keri Hulme (1947) tegen te komen. Deze roman van de schrijfster uit Nieuw Zeeland, in het Engels ‘The bone people’ geheten, was een groot internationaal succes en werd vele malen bekroond met onder andere de Booker Prize in 1985. Keri Hulme komt uit een familie met roots in Engeland, Schotland, Noorwegen en/of de Faroeër eilanden en van de Maori’s.
Dat Keri Hulme ook poëzie schrijft was voor mij een verrassing (het komt de laatste tijd vaker voor dat ik erachter kom dat romanschrijvers die ik ken ook poëzie blijken te schrijven). In de kringloopwinkel waar ik de vertaalde poëzie van Keri Hulme vond stonden maar liefst twee exemplaren van haar bundel ‘Stiltes bij vertrek’ uit 1992 (de Engelstalige versie ‘The silences between’ is van 1982).
In deze bundel verwoordt Hulme haar bijna mystieke band met het dorp Moeraki aan de oostkust van Nieuw Zeeland, waar zij opgroeide. Uit deze bundel het gedicht ‘Okarito tuhituhia’ wat ‘geschreven alfabet’ betekent.
.
Okarito tuhituhia
.
Zandvliegen:
zwarte bultenaars
met een dunne angel
van begerig vlees.
.
Ik ben ongeduldig, te ongeduldig… daarom
gebeurt er niets zoals ik het wil
bam! ogenblikkelijk
.
bam! huis klaar!
bam! whitebait trekt/wordt gevangen/is
schoongemaakt/is verslonden!
bam! kant en klaar boek!
.
maar het kost allemaal jaren en tranen en VEEL TE VEEL TIJD
.
.
Perversiteit die uit deze wanhoop voortvloeit
bracht me zover dat ik de zandvliegen gerig doodt;
ze met mijn tanden van mijn vlezige handen pluk
en met genoeglijke zorgvuldigheid hun borstkast kraak –
een licht geknisper
.
Dead poet society
De ultieme poëzie film
.
Wat mij betreft is er geen enkele film die de poëzie meer eer aandoet dan Dead poet society van peter Weir uit 1989. Deze meermalen bekroonde film (waaronder een Oscar voor beste screenplay) zit vol prachtige gedichten. Het verhaal van een Engels professor die zijn studenten inspireert en ze de liefde voor de poëzie bijbrengt is van alle tijden en eigenlijk zou elke talendocent een voorbeeld moeten nemen aan deze John Keating.
.
De gedichten die in de film voorkomen zijn:
Walden van Henry David Thoreau (1917 – 1862)
The road not taken van Robert Frost (1874 – 1963)
To the Virgins van Robbert Herrick (1591 – 1674)
O Captain! My Captain! van Walt Whitman (1819 – 1892)
Ulysses van Alfred Tennyson (1809 – 1892)
Shall I Compare Thee To A Summersday van William Shakespeare (1564 – 1616)
She walks in beauty van Lord (George Gordon) Byron (1788 – 1824)
scene uit A Midsummer night’s dream door Puck (1595/1596)
.
Hieronder de scene van Puck uit A Midsummer night’s dream.
.
If we shadows have offended,
Think but this, and all is mended,
That you have but slumber’d here
While these visions did appear.
And this weak and idle theme,
No more yielding but a dream,
Gentles, do not reprehend:
if you pardon, we will mend:
And, as I am an honest Puck,
If we have unearned luck
Now to ‘scape the serpent’s tongue,
We will make amends ere long;
Else the Puck a liar call;
So, good night unto you all.
Give me your hands, if we be friends,
And Robin shall restore amends.
.
Allerlei aardige feiten over deze film kun je lezen op: http://www.imdb.com/title/tt0097165/trivia